BD.8658
29 oktober 1963
Het moet licht worden onder de mensen
Een groot geestelijk gebied wordt u mensen ontsloten u, die
zich door mijzelf laat onderrichten. Want door mijn boden en tussenpersonen
kan Ik allen deze kennis doen toekomen die alleen daar naar verlangen
en door een leven van liefde ook in staat zijn het te begrijpen.
Het betreft een gebied dat men niet met het verstand kan navorsen, dat
voor u, mensen ook onbewijsbaar is en blijft zolang, tot u innerlijk -
door de geest - een helder licht geschonken wordt, dat voor u de bewijskracht
heeft dat u zich in de ware kennis bevindt.
Onuitputtelijk is dit geestelijk gebied. Uw God en Schepper zal
u voortdurend onderrichten en u steeds inzicht schenken, als u tenminste
de voorwaarden nakomt die van u gevraagd worden: dat u zich innig met
Mij verbindt in het gebed of door daden liefde, want de verbinding met
Mij moet aanwezig daar u anders in een eeuwige geestelijke blindheid
blijft. Want Ikzelf ben dat Licht. Ik ben Waarheid - Ik ben de Bron waaruit
Liefde, Licht, en diepste Wijsheid stroomt. En deze stroom kan alleen
vloeien als het contact tot stand is gebracht dat uzelf moet leggen, want
u hebt het eervrijwillig afgebroken.
Dan echter wordt voor u een gebied ontsloten dat u als alleen-maar-mens
niet betreden kunt, als dit contact met Mij niet bestaat. Alles ligt dan
duidelijk vòòr u. U doorziet de geestelijke samenhangen,
u begrijpt mijn besturen en mijn werkzaam zijn. Mijn heilsplan van eeuwigheid
wordt u onthuld en is u begrijpelijk. U verneemt over geestelijke gebeurtenissen
die uw bestaan als mens ten grondslag liggen. U begrijpt ook de verschijnselen
in de natuur en kunt wat er om u heen gebeurt, verklaren. Mijn Wezen wordt
u onthuld en veel sluiers die nog voor uw ogen hangen trekken op.
U kunt ook inzage krijgen in geestelijke werelden, al is het vooreerst
alleen in gedachten dat u daarover wordt ingelicht. Want u moet eerst
een bepaalde graad van rijpheid bereikt hebben voordat zich uw geestelijk
oog opent en een geestelijk schouwen toelaat.
Een kennis die u als mensen volledig ontbreekt zal u geschonken worden
door mijn vaderliefde, die u weer in die staat wil zien zoals eertijds
voor uw afval van Mij, toen u zich bevond in het helderste licht van het
inzicht en zalig was. U moet weer tot die staat terugkeren en kunt dat
ook tijdens uw aardse leven als mens bereiken. U moet er echter naar streven,
hij kan u niet geschonken worden. U moet zich bewust met Mij verbinden,
Mij erkennen als uw God en Schepper, als uw Vader. U moet vurig naar mijn
tegenwoordigheid verlangen, die u dan ook genadengaven verzekert van hoogste
waarde. Want mijn eindeloze liefde wil zich wegschenken en Ik wil u dus
ook weer het heldere licht van het inzicht teruggeven, dat uzelf vertroebelde
en dan geheel verloren hebt.
Bedenk slechts in welke geestelijke duisternis de mensheid ronddoolt -
bedenk dat maar weinigen een sfeer van licht om zich heen scheppen. Dat
dus als het ware slechts "lichtvonkjes" opflitsen op de aarde, die
weliswaar ieder mens zou kunnen opvangen en die dan voldoende zouden zijn
weer een licht te ontsteken in 't hart van een mens die de duisternis
zou willen ontvlieden. Bedenk hoe veel gelukkiger de mensen zouden zijn
als zij maar een kleine mate aan inzicht zouden bezitten, die zij zelf
telkens weer konden vergroten. Dan zult u die reeds een licht in u ontstoken
hebt. begrijpen, dat Ik alles zal bevorderen wat er toe bijdraagt dat
het licht wordt onder de mensen. U zult begrijpen dat Ik zelf voor Mij
ook lichtdragers opleid die Ik met een rijke kennis uitrust, die Ik steeds
dieper in de waarheid binnen leid, die alleen uit Mij kan voortkomen.
En dat Ik deze lichtdragers weer opdraag hun licht te laten uitstralen,
opdat de duisternis die op de mensheid drukt, doorbroken wordt.
Ik wil niet dat u, mensen in dezelfde duisternis het aardse leven verlaat
als waarin u het betreden hebt. Ik wil dat u in dit leven als mens weer
naar licht verlangt, en uw verlangen zal ook waarlijk vervuld worden.
En reeds op de aarde zal het u gelukkig maken als het helder in u wordt,
als u leert begrijpen waarom u op aarde bent en wat uw eigenlijke levensopdracht
is. Want Ik alleen weet dat deze geest dan pas weer zalig kan zijn, als
hij zich in de stroomkring van mijn liefdeuitstraling bevindt. En in deze
stroomkring wil Ik hem reeds als mens op aarde binnentrekken en zend hem
daarom steeds weer stralen toe die in hem een licht zullen ontsteken,
dat dan vanzelf op het Oerlicht van eeuwigheid toeijlt.
Dat wil dus zeggen, Ik schenk ieder mens vooreerst een beetje kennis dat
reikt tot in het geestelijke gebied - dat de mens uit eigen wil kan vergroten.
Hij kan gedurig aanspraak maken op de krachtstroom van mijn liefde. Hij
kan zichzelf in het bezit stellen van geestelijke rijkdommen als hij deze
krachtstroom gebruikt om te werken in liefde en dan ontsteekt de liefde
in hem een steeds groter licht.
En licht betekent weten, inzicht en diepste wijsheid, steeds
echter op geestelijk gebied dat voor het verstand niet toegankelijk is.
Want Ikzelf zal het op Mij nemen die mensen te onderrichten die zich aan
Mij toevertrouwen en Mij om verlichting van hun geest bidden. Dezen zullen
een omvangrijke kennis in ontvangst mogen nemen en zo dus langzaam die
staat van inzicht binnengaan, waarin zij zich eertijds bevonden. De duisternis
zal van hen wijken die mijn tegenstander over hen heeft uitgespreid.
Zij zullen weer tot het licht komen omdat zij bewust de verbinding met
Mij - het Oerlicht van eeuwigheid tot stand brengen en zich door Mij weer
laten aanstralen zoals eens, toen zij in alle volmaaktheid van Mij zijn
uitgegaan.
Amen |