Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.8527
13 juni 1963

U zult vanuit genaden zalig moeten worden

Blijf met Mij ten zeerste verbonden en Ik zal mijn genaden onbeperkt over u uitstorten. U moet ze alleen dankbaar in ontvangst nemen, en u zult ook mijn liefdegave niet afwijzen wanneer u zelf u bij Mij aansluit, wanneer u bidt of liefdewerken verricht en daardoor nauw met Mij verbonden bent. Alles wat u helpt opwaarts te gaan, geeft Ik u en dat zijn genaden, omdat het geschenken van mijn liefde zijn, die niet uw eigen verdienste zijn, omdat u eens mijn liefde afwees en daar dus ook geen recht meer op hebt.

Maar mijn liefde is overgroot en ze wil zich wegschenken, en daarom volgt ze u en biedt u genadegaven aan die voor u waarlijk van betekenis zijn, want ze zijn de middelen die uw rijp worden mogelijk maken. En uw levensloop is door Mij zo gestuurd dat elke gebeurtenis voor uw bestwil kan zijn. Dus alles is genade wat u in het leven overkomt, want het kan uw positieve ontwikkeling in de hand werken. Maar hoe u al deze genaden benut, blijft aan uzelf overgelaten, want dwang komt van mijn kant niet in aanmerking. Ik geef u geschenken, maar dwing u niet deze aan te nemen, daar moet uw vrije wil over beslissen.

Maar zonder mijn hulp zou u totaal niet bij machte zijn nog op aarde rijp te worden, zoekt u echter uit uzelf contact met Mij, dan benut u ook stellig de genadegaven die Ik u aanbied, want de verbinding met Mij bewijst dat uw wil naar Mij is toegekeerd en deze zal zich dan ook aan de mijne ondergeschikt maken en dus ook mijn liefde onderkennen in alles wat hem overkomt. En hij zal vanuit genaden zalig worden.

Het hele leven op aarde als mens is een genade omdat Ik hem de laatste mogelijkheid ontsluit, weer als volmaakt geestelijk wezen terug te keren in het rijk dat hij eens vrijwillig had verlaten. En wat van mijn kant uit gebeuren kan tijdens het aardse leven om de mens te helpen zich te vervolmaken, geschiedt ook. Dit alles zijn genaden die mijn liefde aan mijn schepselen doet toekomen, waarop geen wezen aan-spraak kan maken, omdat zij Mij eens vrijwillig verlieten, maar die mijn grote liefde laten zien, die Ik als Vader voor mijn kinderen voel. De grote zwakheid van de mensen, hun gebrekkigheid, wil Ik verhelpen en hun zoveel genade en kracht doen toe-komen, dat ze zelf de terugkeer naar Mij kunnen realiseren, en ook wil Ik hun wil versterken, die zelf het begin moet maken met het werk zich om te vormen. Ik zal niets achterwege laten wat er toe zou kunnen bijdragen dat de ziel naar Mij opklimt, alleen dit ene kan Ik niet: uw wil onvrij maken en u met geweld omhoog trekken.

Daarom stelt u, mensen zelf ook aan de toevoer van mijn genaden grenzen, want zodra u er niet vrijwillig gebruik van maakt, blijven ze ook zonder resultaat, al zou mijn diepe liefde u heel graag voor Mij willen winnen. Doch Ik zal het vrije niet onvrij maken, Ik zal geen mens zijn vrije wil beknotten. En dat is de verklaring voor het lage geestelijke niveau van de mensen, die allen mijn genadegave onbenut laten en er geen aandacht aan besteden en daarom geen stap verder komen in hun ontwikkeling en daarom ook nog eenmaal voor de beslissing worden geplaatst in de laatste geloofsstrijd, waarin hun verantwoordelijkheid hun onder ogen zal worden gebracht. Want het hangt ook dan weer van henzelf af, hoe hun instelling is tegenover Mij, tegenover hun God en Schepper, die ze eens niet wilden erkennen en die daarom ongelukkig zijn geworden.

Ook nu is alleen de juiste wilsbeslissing nodig, dat de mens in grote mate hulp wordt geboden, dat hem ook nu weer genaden zonder mate ter beschikking staan en dat hij waarlijk ook het doel kan bereiken de definitieve vereniging met Mij tot stand te brengen, die hem weer tot mijn kind maakt, tot het oerwezen dat het was in het allereerste begin.

Op elke manier tracht Ik van de mens de wil die nog tegen Mij gericht is, te veranderen, op elke manier bied Ik de mens mijn liefde aan en hij hoefde zich er alleen maar door aangeraakt te voelen om dan ook Mij zijn hele wil te schenken. Maar alles moet vrijwillig gebeuren. En daartoe moet mijn woord helpen, dat uit den hogen naar beneden naar de aarde klinkt. Mijn woord moet de mensen aansporen om de geboden van mijn liefde ten volle te ontplooien en waarlijk de mens zal zich nu vrijwillig naar Mij keren, omdat hij met elk werk van liefde ook de band met Mij tot stand brengt en Ik hem nu ook vastpak en eeuwig niet meer laat vallen.

Daarom is mijn woord van boven de grootste en doeltreffendste genadegave die u allen ontvangen moogt, en u alleen uw hart maar hoeft te openen wanneer u door Mij wordt aangesproken, want dan schenkt u Mij uw wil en Ik laat u niet meer van Mij gaan. Ik begeleid u op al uw wegen en u zult steeds vaker de verbinding met Mij tot stand brengen, omdat u Mij niet meer uit uw gedachten zult loslaten.

Dan benut u ook alle genaden juist, u neemt elke gelegenheid te baat, waar u werken van liefde zult kunnen verrichten, want de toevoer van mijn genade betekent ook toevoer van kracht die u steeds kunt benutten om werken van liefde te verrichten. En dan bent u waarlijk vanuit genaden zalig geworden en u zult als mijn kinderen terugkeren in uw vaderhuis.

Amen