Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.7386
5 augustus 1959

Grote inspanningen in het hiernamaals om verlossend bezig te zijn - Jezus Christus

Een grote verlossingsactie is aan de gang, want overal waar zich lichtwezens mochten belichamen op aarde zetten zij zich ook in het evangelie onder hun medemensen te verkondigen. En hun inspanningen worden ondersteund door de wezens uit het lichtrijk die op iedere wijze de gedachten van de mensen beïnvloeden, en hen ontvankelijk maken voor het goddelijke woord - zodra het hun aangeboden wordt.

Evenzo is er in het hiernamaals een grote inspanning op te merken doordat de lichtwezens zich steeds vaker in de uiterste diepte wagen, en zich ook heel erg inspannen in de duisternis licht te brengen. Wel komt het altijd op de gewilligheid van de wezens aan of zij licht aannemen of zich afwenden, als er steeds weer lichtvonken oplichten, die hun de weg willen wijzen naar een bron van licht. En volgen zij deze weg, dan kan zeer snel de duisternis van hen wijken en helder licht hen tegenstralen. Maar slaan ze daar geen acht op, dan zal nog eeuwigheden lang dichte duisternis hen omringen en zij zullen opnieuwd gekluisterd worden in de scheppingen van de nieuwe aarde.

Wat echter nog gedaan kan worden om al deze zielen te redden, dat wordt waarlijk gedaan van de kant van de wereld vol van licht. En waar op aarde nog de mogelijkheid bestaat dat de mensen licht gebracht kan worden, daar gaan de lichtdragers zeker niet aan voorbij. Want dezen zijn in deze laatste tijd overal op de aarde belichaamd om midden onder de mensen tot zegen van hen te werken, en hun de weg naar verlossing te tonen.

Maar dat is geen gemakkelijke onderneming, want de stem van de wereld is luider. Waar het woord van God wordt verkondigd zullen er altijd maar weinigen verschijnen, terwijl de wereld kan bogen op talloos meer aanhangers die echter liever de duisternis kiezen dan het licht en daarom ook geen verlossing kunnen vinden tijdens hun aardse leven. Maar er wordt geworsteld om alle zielen, want ook van boven uit het lichtrijk wordt geen moeite achterwege gelaten om de gedachten van de mensen op dat rijk te richten, dat niet van deze wereld is. De lichtwereld in het geestelijke rijk is onvermoeid bezig het licht te laten neerstralen op de verduisterde mensheid. En zo zullen er steeds weer verbindingen worden aangeknoopt vanuit het geestelijke rijk met de aarde, en de goede mensen zullen gewillig nakomen wat hun door de lichtwezens wordt aangeraden als noodzakelijk en dienstig voor het zieleheil van de medemensen.

En zij zullen ook de aansporing van de lichtwezens in acht nemen, wat nu zichtbaar wordt door de ijverige arbeid in de wijngaard des Heren, door het verkondigen van het evangelie - door de verbreiding van het woord van God, door geestelijke gesprekken, ophelderingen en een voortdurende verwijzing naar Jezus Christus, de goddelijke Verlosser. Van Zijn naam zal steeds weer gewag gemaakt worden en de ijver zal niet verminderen maar toenemen, omdat overal ook een zaadkorrel op goede bodem valt. Omdat Jezus Christus zelf die mensen vastpakt die de weg naar Hem inslaan, die hun gelaat naar Hem wenden en dus het verlangen hebben door Hem verlost te worden. Dezen zal Hij nimmer verlaten, of het op aarde is of ook in het hiernamaals. Een innige roep tot Hem zal gehoord worden en de ziel ook geven wat zij verlangt. Een innige roep is voor Hem het bewijs dat Hij door die ziel wordt erkend, en dan is haar lot voor eeuwig verzekerd. Daarom is iedere arbeid om te verlossen door Hem gezegend, en aan al deze arbeid neemt Jezus Christus zelf deel. Want Hij heeft alleen de vrije wil van de mens nodig om Zijn verlossingswerk aan de ziel te kunnen volbrengen, opdat deze vrij wordt van zonde en dood en nu in deze vrijheid de eeuwige zaligheid kan binnengaan.

Amen