Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.6969
15 november 1957

Het geloof in Jezus Christus loopt gevaar

Het geloof in Jezus Christus en Zijn verlossingswerk wordt steeds minder, hoe dichterbij het einde komt. De activiteit van Gods tegenstander is alleen daarop gericht de mensen ver van de goddelijke Verlosser af te houden, om te verhinderen dat zij Hem aanroepen. Want dan heeft de tegenstander het recht op deze zielen verloren omdat Jezus Christus zelf zich dan tussen hem en de mens stelt, die Hem om hulp aanroept.

En zo is in de tijd van het einde duidelijk te bemerken, dat van alle zijden geageerd wordt tegen het geloof in Jezus Christus. Dat alles gedaan wordt om een einde te maken aan de kennis over Hem en Zijn verlossingswerk. Wel zal dat niet helemaal gelukken, want ook het werken van God is duidelijk zichtbaar, die steeds weer door Zijn woord laat getuigen over Jezus Christus. Maar veel onheil zal de tegenstander van God onder de mensen aanrichten, en hij zal ook geen middel schuwen om zijn doel te bereiken.

En omdat de mensen weinig de liefde beoefenen omdat de liefde onder hen is verkoeld, is het voor de tegenstander van God ook gemakkelijk het geloof in Jezus Christus te vernietigen. Want waar het geloof nog zwak is, daar is het nog niet levend genoeg om gevrijwaard te zijn tegen de verzoekingen van de tegenstander.

De mensen die zonder liefde leven bezwijken omdat hun geest is verduisterd, en daarom heeft de tegenstander makkelijk spel. Hij gebruikt onoorbare middelen en gaat de bevoegdheid die hem is toegestaan te boven. Want al doet hij ook alles om de mensen ten val te brengen - zonder door God gehinderd te worden vanwege de vrije wilsbesluiting van de mensen, daarom heeft hij nog niet het recht de mensen het brengen van iedere kennis over God, die in Jezus Christus zich op aarde heeft belichaamd om de mensen te verlossen, tegen te gaan. Waar twee tegenstanders elkaar bestrijden, waar mensen moeten beslissen voor de ene of de andere macht, moeten zij zowel van beide machten, hun aard en werking alsook van hun beider doelen op de hoogte zijn, daar anders een vrije wilsbeslissing niet mogelijk zou zijn.

Daarom zal Gods tegenstander niet lang meer zijn misdadige praktijken op de aarde mogen uitoefenen, want Hij die machtiger is dan hij, aan wie alle krachten van de hemel en de aarde moeten gehoorzamen, die zal aan zijn activiteiten paal en perk stellen omdat hij zijn bevoegdheid overschrijdt. En daarom is het in de tijd van het einde zo bijzonder belangrijk, de mensen de kennis over de goddelijke Verlosser Jezus Christus te verschaffen.

Allen die God willen dienen moeten deze opdracht als dringend beschouwen, ze moeten de activiteiten van Zijn tegenstander tegenwerken. Zij moeten de mensen de boodschap brengen van die Ene, tot wie zij zich wenden moeten willen zij niet in handen van hun vijand en veroorzaker van hun ondergang vallen. Want hij wil de mensen niet winnen om ze gelukkig te maken, hij wil ze van God afhandig maken opdat hij niet aan aanhang waarin hij zijn hele macht ziet, verliest. Het is een troosteloze toestand op deze wereld en er zijn nog maar weinig mensen wier geloof in de goddelijke Verlosser nog levend is, de meeste spreken slechts dode woorden zonder geest en leven, wanneer zij zich tegenover hun medemensen als christenen voordoen. Zij hebben echter geen levende verbinding met Hem en zijn daarom ook niet verlost. Zij worden het slachtoffer van de tegenstander zodra het om een ernstige beslissing gaat, voor of tegen Christus want deze zal geëist worden. Want ook dat brengt de tegenstander teweeg, dat hij de mensen die aan hem gebonden zijn er toe brengt meedogenloos op te treden tegen allen die gelovig zijn.

En dan zullen zij openlijk voor de wereld moeten bekennen hoe zij tegenover hun Heiland en Verlosser staan. Zij zullen geen keus meer hebben en er zullen er maar heel weinig stand houden die zich met een levend geloof tot Hem zelf wenden om hulp. Maar de mensen zijn zelf schuld die in deze laatste beslissing falen. Want de kennis over Jezus Christus wordt hun allen bijgebracht en de goddelijke leer van de liefde is ook geen mens onbekend. En zouden zij alleen maar deze leer van de liefde aannemen en uitdragen, dan zou ook hun geloof gewekt of gesterkt worden en zij zouden dan niet zonder kracht zijn om tegenstand te bieden. Nochtans is de wil van iedere mens vrij - en daarmee overeenstemmend draagt hij ook de gevolgen.

Amen