Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.6639
8 september 1956

Wat is onder "schijnlichten" te verstaan?

Omdat de mensen zich steeds verder van de waarheid verwijderen, wordt de geestelijke nood steeds groter, want zij bezitten geen oordeelvermogen meer. Dwaling en leugen schijnen hun geloofwaardiger dan de zuivere waarheid en het brengen ervan wordt steeds moeilijker, juist omdat hun denken verward is door de invloed van hem, die tegen de waarheid is, omdat hij tegen God is en die daarom alles doet om de mensen verward te laten blijven denken. Er kan werkelijk van een geestelijke chaos gesproken worden. En moet de waarheid weer tot u gebracht worden, dan kan dat alleen geschieden door mensen, die het licht van de waarheid van God ontvangen en dus als lichtdragers het ook proberen te verspreiden. Maar ook voor deze lichtdragers zal het moeilijk zijn gehoor te vinden, omdat de gebieden waar zij willen werken heel in het bijzonder door vijandige krachten zijn ingesloten, die er dus tegenin werken en wel op een manier alsof zij voor hetzelfde opkomen, om nu ook diegenen in verwarring te brengen die bereid zijn de waarheid aan te nemen.

U mensen kunt u geen begrip vormen van de strijd van de duisternis tegen het licht in de laatste tijd voor het einde. Toch zouden de mensen aan deze strijd niet ten offer hoeven te vallen, want wie de waarheid uit de diepste grond van zijn hart begeert, die zal waarlijk geen verkeerd denken te vrezen hebben en hij zal steeds inzien wanneer de tegenstander is binnengeslopen in een geestelijke lering, die de mensen wordt aangeboden. Dus zal hij ook inzien waar de waarheid te vinden is en hij zal zich aansluiten bij de lichtdragers en van hen graag de waarheid uit God aannemen.

De waarheid straalt, maar ze is geen schijnlicht. En onder schijnlicht is alles te verstaan, wat verblindend als een bliksemstraal het oog treft, om dit dan ongeschikt te maken het zuivere licht te herkennen, dat slechts een zacht schijnsel uitstraalt dat het oog weldadig aandoet. En als u nu bedenkt hoe eenvoudig en natuurlijk de leer van Christus is en hoe krachtig de uitwerking is van het zuivere woord van God. Als u daar tegenover stelt, hoe de mensheid in onrust, spanning en in een sfeer van sensatie gebracht wordt door berichten, waarin voorgespiegeld wordt, dat ze ook van geestelijke oorsprong zijn, terwijl echter de mens daardoor ongevoelig wordt voor de eenvoudige leer van Christus, en hij zijn oog altijd maar afwendt om het ongewone, opwindende te zien, dan weet u ook wat onder schijnlichten te verstaan is en dat deze u geen zegen voor de ziel kunnen brengen.

Als u zich tot God keert, zal u ook door God gegeven worden. Als u zich echter tot de krachten in het heelal wendt, waarvan u het werkzaam zijn niet vermag te beoordelen, dan zult u ook uit het heelal opflitsende schijnlichten te verwachten hebben. En u mensen raakt dan in verwarring, wat ook niet anders te verwachten is, omdat Gods tegenstander dan de geschikte grond gevonden heeft, waarop hij zich kan vestigen. En zolang de mensen in plaats van het goddelijke woord een spijs wordt aangeboden, die meer de zinnen dan het hart aanspreekt; zolang de werkzaamheden in de geestelijke wereld in verband worden gebracht met verschijnselen van mysterieuze aard; zolang er dus sensatie wordt gezocht of voorgespiegeld, die echter geen veredelende invloed op de ziel van de mens laat zien, is niet God zelf aan het werk, maar Zijn tegenstander, die zich achter een masker verbergt om de mensen te winnen, om hun het innerlijke gevoel voor het licht van boven, voor het zuivere woord van God, te ontnemen. En dit gelukt hem in ontstellende mate, zolang de zinnen van de mens niet uitsluitend naar God uitgaan, zolang de wereld nog niet geheel en al is overwonnen door diegenen, die geloven geroepen te zijn de wereld en de mensen te moeten verbeteren, bij wie de zachte glans van het goddelijke licht van de liefde niet volstaat en die aan verblindende bliksemschichten de voorkeur geven en in dit felle licht blind zullen worden.

Amen