Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.4871
31 maart 1950

De vereniging met God - Het doel van de mens

Uw doel moet zijn de vereniging met Mij. Weet u wat dat betekent, één te zijn met uw Vader van eeuwigheid? Net als Hij te kunnen scheppen en vormgeven in kracht en wijsheid en onophoudelijk werkzaam te kunnen zijn voor het nog onvolmaakte geestelijke? En gelukzalig te zijn voor eeuwig?

Het leven dat voorbij is, zal u voorkomen als een moeilijke droom, die u echter niet meer bang maakt maar u alleen de liefde van de Schepper voor Zijn schepselen laat zien, die u leidde door eindeloos vele etappes waarin u rijper moest worden. En in het besef van dat wat u nu bent in het lichtrijk, zult u vervuld van dankbaarheid en vol liefde naar Mij opzien, die u nu nabij ben en u mateloze gelukzaligheden bereid.

Met Mij verenigd te zijn wil zeggen volmaakt te zijn, zoals u in het begin was geschapen, voordat u zondig werd. Deze volmaaktheid te bereiken is het hoogste doel van de mens op aarde, omdat het de voorwaarde is voor een gelukzalig leven in het licht. En het enige middel om dit te bereiken is de liefde, die al het onvolmaakte verteert en een voor licht ontvankelijke en goddelijke ziel vormt die mijn uitstraling in zich op kan nemen en - als ze erdoor wordt geraakt - onbeschrijfelijke gelukzaligheden ondervindt. Het overdragen van mijn liefde op het wezen is het toonbeeld van gelukzaligheid en dus een voorrecht van het volmaakte dat niet meer van Mij is gescheiden maar dat zich geheel heeft verenigd met Mij.

Deze overdracht van kracht omvat echter al het overige: het inzicht in de waarheid, licht en kracht, zodat het wezen dus in de wijsheid staat en de hem toestromende kracht goed benut, zodat het dus volgens de wil van God kan scheppen en het geschapene tot leven kan brengen. Dus worden voor het wezen alle rechten van het kind werkelijkheid. Het kent geen begrenzing, het is overal van op de hoogte en zijn kracht stelt hem in staat werkzaam te zijn volgens mijn wil die nu ook zijn eigen wil is, zodat elke bezigheid het wezen gelukkig stemt, omdat het voor Mij werkzaam is en het in mijn liefde de rijkste beloning vindt. Het wezen verlangt vurig naar mijn liefde en Ik vervul voortdurend zijn verlangen en zijn gelukzaligheid kent geen grenzen.

De vereniging met Mij is alleen door de liefde te bereiken, omdat de liefde het doeltreffendste vuur is dat alle harten doet smelten en al het onzuivere loutert en ook het troebele helder maakt. De liefde is het oplosmiddel en tegelijk ook het bindmiddel. Ze verbreekt de druk van de onvrijheid, de keten van de zonde en ze smeedt de band tussen het schepsel en Mij die onlosmakelijk is tot in alle eeuwigheid. En wie eenmaal de band met Mij is aangegaan, die blijft ook met Mij verbonden, want zodra de kracht van mijn liefde hem eenmaal heeft doorstroomd, is hij onvermijdelijk mijn eigendom geworden dat Ik nooit aan mijn tegenstander afsta. Wie in staat is zich van mijn tegenstander los te maken, is al in mijn bezit overgegaan en heeft zich waargemaakt als mijn kind en hij kan nu voortdurend in de nabijheid van de Vader verblijven, die het nooit weer uit Zijn nabijheid zal verbannen.

Amen