Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.4507
11 december 1948

"Waar twee of drie in mijn naam verenigd zijn"

En Ik ben bij u als u mijn naam uitspreekt, als u zich alleen met gedachten bezighoudt die naar Mij uitgaan. Dan ben Ik midden onder u. Geloof dit en wees u bewust van mijn tegenwoordigheid zodra u over Mij spreekt. En stel u voor dat Ik aan de deur van elk hart klop en wens binnengelaten te worden en dat u Mij niet zult mogen afwijzen als u mijn welbehagen zult willen verkrijgen. U zult uzelf moeten openstellen als Ik tot u spreken wil door woord of geschrift, door gedachten of door mijn dienaren op aarde die u mijn woord brengen. Want als u mijn woord aanneemt, neemt u Mij zelf op in uw hart. Als u er gehoor aan geeft, houdt u met Mij het avondmaal, want dan leeft u overeenkomstig mijn wil die Ik u door mijn woord te kennen geef. Dan leeft u in de liefde en u verbindt u door de werken van liefde met Mij. U brengt zo'n innige verbinding met Mij tot stand, dat u het verneemt als Ik woorden van liefde tot u spreek en u dus spijzig met voedsel voor de ziel, als Ik u het brood des hemels - mijn vlees en mijn bloed - aanreik, als Ik dus zelf tot u kom in het woord.

Laat Mij vaak bij u vertoeven, laat uw gedachten naar Mij toe dwalen en voer menigmaal geestelijke gesprekken opdat Ik steeds bij u aanwezig kan zijn, want Ik zelf heb u de belofte gegeven: "Waar twee of drie in mijn naam zijn verenigd, ben Ik midden onder hen". En waar Ik vertoef, daar zult u alleen maar winst kunnen behalen, want Ik deel steeds mijn gaven uit omdat Ik u, mijn schepselen, liefheb en u gelukkig wil maken. En u zelf zult de mate van mijn genade bepalen. U zult veel kunnen ontvangen, zoals u ook mijn liefde zult kunnen afwijzen doordat u uw ogen op de wereld richt, doordat u geestelijke gesprekken afbreekt en wereldse belangen op de voorgrond plaatst. Ik laat u begaan en dwing u niet Mij aan te horen, maar u zelf berooft u van veel goederen. Ik kan u alleen maar zo bedenken, zoals uw vrije wil het toelaat. Ik bied u wel mijn genade aan, maar dring ze u niet op.

Maar mijn aanwezigheid gaat voor u verloren als u zich van Mij afwendt, want Ik wil begeerd worden om Me te kunnen schenken. Toch geef Ik u niet op. Steeds weer zend Ik u mijn boden die de weg voor Mij moeten bereiden en Ik volg hen als u aanstalten maakt Mij op te nemen. En zo zult u voortdurend een beroep kunnen doen op de genade. Voortdurend zult u bij Mij te gast kunnen zijn als u alleen maar aan Mij denkt en aan de wereld geen aandacht schenkt. Want waarlijk, Ik bedenk u beter dan de wereld u geven kan. Laat Mij daarom niet tevergeefs aankloppen, maar luister naar mijn stem en geef er gevolg aan. Laat u uitnodigen voor het avondmaal en weest mijn gasten, opdat Ik u lichamelijk en geestelijk kan verkwikken met spijs en drank.

Amen