BD.8830
16 juli 1964
God wil dat Zijn woord anders wordt opgevat
Wanneer u de zuivere waarheid die u van boven wordt toegezonden,
stelt tegenover de leerstellingen die tot nu toe als mijn woord golden,
dan zult u de grote dwaling opmerken waarin u verkeert. En het is uw plicht
daar openlijk stelling tegenover in te nemen. U zult u niet akkoord kunnen
verklaren dat men op de ene of op 'n andere manier een zaak kan beschouwen,
integendeel zal mijn woord steeds dezelfde betekenis hebben en ook overeenstemmen
met het woord dat van boven komt, dat echter door het menselijke verstand
anders wordt uitgelegd. En dit menselijke verstand heeft mijn tegenstander
zich eigen gemaakt en er verwarring binnengebracht, want verstandelijk
waren alle uitleggingen mogelijk. Maar Ik heb u een geestelijke uitleg
gegeven en Ik kon dit alleen maar tegenover een geestelijk gewekt iemand,
die nu echter geheel en al op de hoogte is hoe mijn woord moet worden
begrepen en hij zich er daar ook voor moet in zetten om tegen verkeerde
uitleggingen in te gaan. Hij moet de mensen opmerkzaam maken en hen in
die zin onderrichten, zoals Ik het heb gedaan en nog voortdurend doe,
opdat ze in de waarheid wandelen die alleen tot de gelukzaligheid voert.
Ze moeten er op gewezen worden dat Ik alles anders begrepen wil hebben,
dat de mensen mijn woord geestelijk begrijpen en dus ook geestelijk moeten
nakomen. Met mijn rechtstreekse aanspreken geef Ik hun al de uitleg van
het avondmaal. Ze moeten zich laten voeden en te drinken laten geven door
Mij zelf en daartoe is onvoorwaardelijk de liefde voor Mij en voor de
naaste noodzakelijk, omdat ze anders niet de genade van mijn aanspreken
gewaar kunnen worden, omdat ze anders niet, als teken van mijn aanwezigheid, mijn woord kunnen vernemen. Uiterlijke tekenen en gebruiken baten u dus
niet om zeker te zijn van mijn tegenwoordigheid in u. Het is alleen de
liefde die in u moet zijn want alleen door de liefde is mijn tegenwoordigheid
verzekerd. Maar dan zult u ook mijn woord ontvangen en dus worden gevoed
met mijn hemels brood, met het water des levens, met mijn vlees en mijn
bloed. En als u zich met deze uitleg grondig bezighoudt, zult u ook geen
tegenstrijdigheid vinden met mijn woord dat Ik heb gesproken toen Ik op
aarde leefde.
Ik deelde mijn discipelen het brood en de wijn uit, maar ook die wisten
dat Ik daaronder mijn woord wilde hebben begrepen dat zij hun medemensen
moesten uitdelen. Maar mijn tegenstander trachtte zo de mensen in de war
te brengen, doordat hij hun een andere uitleg toedichtte, die ze echter
ijverig opvolgden en langzaam van de eigenlijke betekenis van mijn woord
afdwaalden. En zo zult u voor uzelf al mijn woorden geestelijk moeten
trachten te verduidelijken. Er is geen enkel woord dat u zo begrijpt zoals
Ik het begrepen zou willen hebben, omdat mijn tegenstander het helemaal
voor elkaar heeft dat hij de geest van de mensen in verwarring bracht,
de mijnen echter werden telkens door Mij onderricht en verkeerden steeds
in de waarheid. En wie dezen navolgde, behoorde bij de door Mij gestichte
kerk.
De uitleg van mijn woorden heeft geleid tot de meest verschillende "heiligingsmiddelen"
- tot de sacramenten die alle heiliging moeten brengen voor de mensen.
Maar hoe kan zoiets geschieden, wanneer bij de mensen de liefde ontbreekt?
De mens is alleen maar op aarde met het doel zich om te vormen tot liefde.
Hoe kan een mens, alleen door de daad van het dopen, vrij worden van de
erfzonde, waartoe een in liefde geleefd leven op aarde nodig is. Hoe kan
een mens door een uiterlijk bekennen met de mond, vrij worden van allerlei
zonden, wanneer niet de diepste liefde tot God hem deze bekentenis afdwingt?
En hoe kan een mens die alleen maar beoordeeld wordt naar de graad van
z'n liefde, door zulke "heiligingsmiddelen", bevrijd van zijn
schuld, het rijk hierna binnengaan?
Door mijn woord, door de onderrichtingen van boven, worden u alle verkeerde
leerstellingen onthuld en zult u zelf daar een standpunt tegenover in
kunnen nemen. Want deze ene zekerheid zult u moeten hebben, dat u van
één kant zuiverste waarheid krijgt toegezonden en dat Ik zelf deze Bron der waarheid ben, dat Ik u ook opheldering kan geven, hoe
Ik mijn woord wil hebben begrepen, maar dat Ik ook elke gelegenheid aangrijp
waar dat mogelijk is, want mijn tegenstander heeft het goed door hoe hij
u allen weet te fascineren. En u verweert u niet door zelf te willen de
waarheid te weten, u neemt zonder nadenken aan wat u wordt voorgeschoteld
en wendt u niet een keer tot Hem die Oorsprong van alle weten is, u richt
u niet eenmaal tot de hoogste Instantie, Deze vragend om de waarheid die
Ze u zeker niet zal weigeren, want Ik wacht slechts op dit roepen, opdat
Ik de waarheid in de zuiverste vorm uit kan delen en de mensen uit het
net van dwaling binnenleid in de waarheid. Want de mensen hebben een vrije
wil, die Ik niet aantast, maar met deze hulp kunnen ze
ook de tegenstander verdringen, wanneer ze maar de zuivere waarheid begeren.
Amen |