BD.8754
16 februari 1964
Weer net als voor de tijd van de zondvloed
Het zal weer een tijd zijn als van voor de zondvloed. Weer
zullen de mensen overlopend van vreugde hun aardse leven genieten. Weer
zullen zij streven naar meer en de hoogste doeleinden willen bereiken,
hun denken zal echter alleen aards materieel gericht zijn. Weer zal de
zonde de overhand krijgen en de mensen zullen duidelijk dienaren van satan
zijn; de waarheid zal uitgelachen en de dwaling aanbeden worden. Naar
Gods stem zal niet geluisterd worden, maar voor de stem van satan
zijn de mensenharten geopend. En zodanig zullen zij steeds alleen het
kwade doen en voortdurend de eeuwige orde overtreden. Zij zullen zonder
liefde zijn en in plaats daarvan een overgrote eigenliefde bezitten. Zij
zullen altijd voor zichzelf werken en zorgen en aan de nood van de medemensen
zonder erbarmen voorbij gaan.
Maar ook deze tijd is vooruit verkondigd en zij zal komen zoals de ene
dag op de andere volgt, want eenmaal wordt de toekomst tegenwoordige tijd
en eenmaal worden alle voorspellingen vervuld. U mensen staat voor het
einde, en er zal geen lange tijd meer voorbij gaan.
En daarom moet u allen nog ijverig bezig zijn, u, die zich heeft aangeboden
voor de arbeid in de wijngaard des Heren. U moet alles doen wat mogelijk
is om uw medemensen voor te lichten, en voor dat doel wordt u van boven
een geestelijk goed toegezonden dat waarlijk geschikt is de mensen tot
bezinning te brengen als zij er maar ernstig over nadenken. En God kan
alle mensenharten doorgronden en ook zien wie nog te redden is. En voor
deze weinige zendt Hij Zijn boden uit die hun het woord moeten brengen
wat hun volle opheldering schenkt en hun ook de richtlijnen voor een juiste
levenswandel aangeeft. En Zijn woord aan te nemen betekent reeds redding
uit de duisternis en redding van de ondergang, want wie het woord van
God aanneemt zal zeker daarmee ook alles ontvangen wat hij nodig heeft.
Hij zal vol zijn van licht en kracht en hem kan dan niets meer verschrikken
wat van de kant van het vijandig geestelijke op hem afstormt.
En u twijfelt er niet meer aan als u rondkijkt in de wereld, als u het
drijven van de kinderen van de wereld en al het wereldgebeuren kunt nagaan,
die waarlijk zulke vormen aannemen dat alleen een geweldig vernietigingswerk
van God de mensen nog kan wakker schudden.
Kunt u geloven dat de activiteit van de tegenstander af zal nemen, dat
hij eens de heerschappij die hij verkregen heeft bij de mensen weer opgeeft?
Kunt u geloven dat de mensen in deze tijd hun egoïsme bestrijden
en zich tot hulp bereid tot de medemensen wenden, dat zij de liefde in
zich ontsteken en zich met God in verbinding stellen? Dit zal maar weinige
gelukken en dezen behoren tot de zijnen die Hij aan het einde der dagen
zal wegnemen, om als stamouders van het nieuwe mensengeslacht de nieuwe
aarde te bewonen - zoals het steeds maar door verkondigd wordt.
Maar het aantal van dezen zal gering zijn en het doel van de arbeiders
in de wijngaard des Heren moet zijn dit aantal te vergroten, en al de
nog tot verandering bekwame mensen daartoe aan te sporen, opdat de oogst
in het einde niet al te gering is. Maar het einde komt onherroepelijk
al is u mensen tijd en uur onbekend. En al is u nooit door God de juiste
tijd gegeven, zo komt zij toch met grote snelheid nader want zij is vastgesteld
sinds eeuwigheid.
Steeds dringender zult u vermaand worden zich op dat einde voor te bereiden,
omdat u nog de mogelijkheid heeft uzelf te veranderen en u bij uw God
en Schepper aan te sluiten die u als Vader verblijden wil met een eeuwig
leven. U moet natuurlijk uw dagelijks werk verrichten omdat u dag en uur
van het einde niet weet, maar u moet er rekening mee houden dat u nog
maar weinig tijd over blijft - daar u anders niet steeds dringender op
het einde gewezen zou worden.
Geef slechts acht op alle voortekenen, want het zal zijn net als voor
de zondvloed. De mensen zullen gieren naar genoegens en voortdurend door
de tegenstander aangespoord worden tot een teugelloos leven, tot zonden
en misdaden van allerlei aard. En de mensen zullen hem geheel ter wille
zijn omdat zij zelf de kracht niet hebben zich tegen hem te verzetten
en omdat zij geen beroep doen op de genaden van het verlossingswerk van
Jezus Christus, die voor hen een versterkte wil verworven heeft door Zijn
dood aan het kruis. Schijnbaar zal de macht van Gods tegenstander groter
zijn dan de macht van God, wanneer het satanische niveau der mensen en
hun doen als maatstaf wordt genomen. En toch is alleen maar de vrije wil
van de mensen aanleiding van deze grote macht. Maar God zelf gebiedt hem
te stoppen als hij zijn macht overschrijdt, als hij tegen God zelf optreedt
en het weten over Hem in Jezus en Zijn verlossingswerk geheel probeert
uit te roeien. Want dan zal het Licht van eeuwigheid zelf de duisternis
doorbreken, dan zal Jezus zelf komen in de wolken en de schaar van gelovigen
die hem trouw blijven tot het einde van de aarde wegnemen.
Hij zal ze wegnemen voor de ogen van de door satan geregeerde mensen en
dezen zullen aan een zekere dood zijn overgeleverd. Want dan zal de aarde
openscheuren en allen opnemen die falen in hun laatste levensproef op
aarde, en die daarom hernieuwd gekluisterd worden in de scheppingen van
de nieuwe aarde.
Hoe ongelooflijk het u ook schijnen mag, u moet het als waarheid aannemen
en u mag niet geloven dat u nog veel langer op deze aarde blijft. Sneller
dan u denkt zal die dag komen en gezegend wie nog tevoren de waarheid
aanneemt als zij hem aangeboden wordt door u, die als trouwe arbeiders
dient in de wijngaard des Heren.
Gezegend wie bewust zijn leven op aarde leidt, bewust zich naar God toekeert
en het doel op aarde tracht te bereiken. Hij zal door alle verzoekingen
geleid worden en ook de aanvechtingen van Gods tegenstander weerstand
kunnen bieden, want hij heeft alleen macht over de mens wanneer hijzelf
hem die macht geeft. Nooit zal hij die mens kunnen dwingen van hem afhankelijk
te zijn wiens wil zijn God en Schepper toebehoort, die hij als zijn Vader
heeft erkend en alleen naar Hem streeft. Omdat de mensheid Gods tegenstander
verheven heeft op de troon, zal zij ook deelnemen aan zijn lot als hij
in ketenen geslagen en in de duisternis geworpen wordt.
Ook zijn aanhang zal weer gekluisterd worden in de materie en de weg van
ontwikkeling nog eenmaal moeten afleggen. En dat zal dus ook een verandering
van het gehele aardoppervlak vereisen, een vernietigen van de scheppingswerken
- opdat het geestelijke daarin weer vrij wordt en opnieuw gevormd kan
worden in de scheppingen van de nieuwe aarde. Want nooit staat van God
uit de ontwikkeling stil, steeds worden nieuwe mogelijkheden geschapen
wanneer het geestelijke als mens faalt. Eenmaal moet iedere ziel het doel
bereiken, eenmaal zal iedere ziel ten leven komen en dit leven voor
eeuwig niet meer verliezen.
Amen |