BD.8676
17 november 1963
Reiniging van de misvormde leer van Christus
Het ontvangen van het woord op de wijze zoals dit nu plaatsvindt,
doordat Ik de zuivere waarheid naar de aarde breng, ontleent zijn bijzondere
aanleiding aan de zeer verontreinigde leer, die als de "leer van
Christus" op aarde wordt verkondigd. Het is niet meer het zuivere
evangelie, zoals het van Mij uit door Jezus tot de mensen op aarde werd
gebracht. Zijn woorden zijn aan veel veranderingen blootgesteld, veel
wordt er niet meer juist begrepen en ook veel verkeerd uitgelegd. In de
loop van de tijd heeft het woord dat als "mijn woord" wordt
bestempeld tegengestelde meningen opgeroepen en daardoor ontstonden weer
scheuringen onder hen, die allen de waarheid van hun eigen opvattingen
voorstonden. Woorden met een geestelijke betekenis zijn aards uitgelegd,
en daar houden de mensen nu met hardnekkigheid aan vast, omdat zij eenvoudigweg
de geestelijke bedoeling ervan niet meer kunnen begrijpen. Daardoor is
er een bouwwerk van geloofsstellingen opgericht, dat in zijn leringen
geheel afwijkt van dat, wat Ik zelf de mensen bracht toen Ik op aarde
leefde. En dit alles heeft tot gevolg, dat zeer veel mensen helemaal niet
meer geestelijk aanspreekbaar zijn, omdat hun verstand weigert leerstellingen
aan te nemen, die zij als een kennelijke misvatting aanzien, die ook de
waarheid is binnengeslopen en alleen nog maar door fanatici als waarheid
verdedigd wordt.
Een zo misvormde leer moet gereinigd worden, wil er voor de mensen nut
voor hun zielen uit voortkomen. En deze bedoeling ligt dus aan mijn hernieuwde
rechtstreekse openbaring ten grondslag, die door ieder bereidwillig mens
als goddelijke openbaring kan worden herkend. Maar ook alleen de bereidwillige
mens zal ze aannemen en zich weer in het bezit van de zuivere waarheid
stellen en hij zal kunnen inzien dat en waar de mensen zich tot nu toe
vergisten. Het proces van het toezenden van de zuivere waarheid en het
rechtzetten van onjuiste leerstellingen kan echter ook weer alleen op
een natuurlijke wijze plaatsvinden. Ongewone tekenen mogen daarbij niet
beslissend of dwingend op het geloof van medemensen inwerken. En daarom
is deze opdracht niet met zeldzame verschijnselen verbonden. Op de meest
natuurlijke wijze vindt het overbrengen vanaf boven plaats, doordat een
mens met zijn "geestelijk oor" verneemt wat Ik zelf tot hem
spreek en hij mijn woord neerschrijft, zoals hij het van Mij ontvangt.
Zodoende zijn er nu ook bewijzen voorhanden en er kan dus niemand verward
denken, zelfverbeelding of bewuste schrijversarbeid worden toegedicht,
waarmee hij de medemensen tracht te misleiden of te verbluffen.
Het proces van het ontvangen van geestelijke boodschappen kan niet geloochend
worden, omdat daarvoor de schriftelijke bewijzen voorhanden zijn. En toch
heeft een ieder de mogelijkheid deze openbaringen als geloofwaardig aan
te nemen of af te wijzen, opdat hij zijn geloofsvrijheid behoudt. Maar
het is dringend nodig, dat onjuiste geestelijke opvattingen, die ingeslopen
zijn in het denken van de mensen, belicht worden en als vals en voor de
ontwikkeling van de ziel als nutteloos en gevaarlijk uiteengezet worden.
Want nooit kan dwaling tot Mij leiden; Ik, die de eeuwige Waarheid ben.
Dus bevindt de meerderheid van de mensen zich op een weg die van Mij wegvoert
en dezen moeten opheldering ontvangen, vooropgesteld dat ze dit wensen
en bereid zijn die aan te nemen. Ik zal de opdracht van degenen die Ik
daarvoor heb uitgekozen ook op iedere wijze ondersteunen. Want ze is een
noodzakelijke tegenactiviteit tegen het werkzaam zijn van mijn tegenstander,
die steeds tegen de waarheid zal strijden en haar met dwaling probeert
te vermengen, om de mensen te verhinderen tot het licht van het inzicht
te komen. Daarom zal Ik ook iedereen zegenen die zich in dit opzicht bezig
houdt met die gewichtige taak, dat hij het geestelijke goed dat Ik naar
de aarde stuur, probeert te verbreiden onder zijn medemensen. Want de
waarheid is een "Licht" dat allen moet verlichten die de juiste
weg willen gaan tot Mij, tot hun Vader van eeuwigheid, die echter nooit
door onjuiste leerstellingen gevonden kan worden.
Daarom moet tegen de dwaling gestreden worden, evenals tegen hem, die
alle dwaling in de wereld heeft gebracht. En wederom zal nu daar de waarheid
veld winnen, waar in de harten van de mensen het verlangen er naar aanwezig
is. Want dit verlangen bewijst, dat ze ook verlangen naar Mij zelf hebben
en vrij willen worden van hem, die hen in de duisternis van geest zou
willen houden. Dezen moet de zuivere waarheid worden gebracht, en de leer
van Christus, zoals ze nu de mensen gepredikt wordt, moet daarom gereinigd
worden en mijn woord moet weer in alle zuiverheid voor de mensen toegankelijk
worden gemaakt, opdat ze door de waarheid zalig kunnen worden, want alleen
uit Mij is de waarheid en alleen de waarheid voert weer tot Mij terug.
Amen |