BD.8651
21 oktober 1963
De ware kerk van Christus
Wie tot mijn kerk behoort, die Ik zelf op aarde heb gesticht,
moet ook een levend geloof hebben. Een geloof, dat door de liefde levend
is geworden en waardoor het werken van de geest in de mens mogelijk wordt,
wat ook weer alleen de liefde teweeg brengt. Mijn kerk zal steeds alleen
die mensen als leden omvatten, die zich zo innig met Mij verbonden hebben
dat zij mijn tegenwoordigheid bespeuren. Hun geloof is dan ook onwrikbaar
en kan niet aan het wankelen worden gebracht, en zal als een rots tegen
alle aanvallen van buitenaf standhouden. Daarom sprak Ik de woorden tot
Petrus: "Op jou wil Ik mijn kerk bouwen". Want Petrus had een
sterk en onwankelbaar geloof, ofschoon hij op zeker ogenblik de beproeving
niet doorstond, daar de gebeurtenissen elkaar zo snel opvolgden dat hij
zijn zekerheid verloor. Het was echter meer zijn verstand dat geen uitweg
zag uit het grootste gevaar, terwijl zijn ziel werd verdrongen en zich
verlaten voelde. Maar na deze geloofsbeproeving werd zijn liefde tot Mij
steeds dieper en zijn geloof bevestigd. En zo'n geloof vraag Ik van al
degenen die tot mijn kerk willen behoren. Dezen zullen dan ook niet meer mijn tegenstander, die ook hun vijand is, ten offer vallen.
Wie tot mijn kerk behoort zal ook steeds de waarheid inzien, en zich van
iedere dwaling losmaken. Want in hem werkt nu mijn geest - als teken dat
hij lid is van de door Mij gestichte kerk. En waar mijn geest werkt, daar
zijn geen onduidelijkheden, geen twijfels en geen verwarde begrippen meer.
Want het zal licht zijn, en het denken juist van hem die tot mijn kerk
behoort. Deze kerk heeft geen uiterlijke kentekenen nodig. Zij heeft geen
organisatievorm nodig, want in alle kerkelijke gemeenschappen zijn mensen
die een levend geloof hebben - in liefde leven en daardoor de geest in
zich wekken. Zij allen sluiten zich aan bij de kerk van Christus - die
in waarheid een zuiver geestelijke verbinding is van hen die zich door
de liefde met Mij verenigen. Die alles wat zij doen bewust doen, niet
als uiterlijke handelingen die geen betekenis hebben omdat zij louter
mechanisch worden uitgevoerd.
U moet levende christen zijn die er zich altijd van bewust zijn hun aardse
levensdoel te moeten vervullen, steeds met ijver ernaar strevend uw doel
te bereiken en steeds aan Mij toegewijd, opdat Ik zelf de leiding over
u kan overnemen en u dan waarlijk ook het doel zult bereiken. Want Ik
kan er geen genoegen mee nemen als u alleen de door mensen uitgevaardigde
geboden vervult die u door uw opvoeding werden bijgebracht, die zinloos
zijn en u geen geestelijke rijpheid opleveren. Als leden van de door Mij
gestichte kerk moet u ook steeds mijn ware navolgers zijn. U moet alles
wat u overkomt aan leed en moeilijkheden berustend op u nemen, omdat u
het ziet als 'n beproeving van uw geloof die u moet doorstaan - als hulpmiddel
om de rijpheid van uw ziel te verhogen. Want dat zegt u mijn geest in
u, en u ziet ook de reden in van dat wat Ik over u laat komen.
U zult een tweede leven leiden naast uw aardse leven, een leven in verbinding
met Mij, uw God en Vader van eeuwigheid - en zo'n leven heeft ook zeker
uw volmaaktheid tot gevolg. Deze voltooiing kan daarom iedereen bereiken,
onverschillig tot welke geestesrichting hij behoort, als hij maar steeds
in levende verbinding met Mij staat en daardoor met de waarheid bekend
kan worden gemaakt. Dit vraagt echter steeds een leven in liefde en daardoor
een vast levend geloof. En zolang het u mensen aan beide ontbreekt, bent
u slechts dode vormen op deze aarde die ook eeuwig niet tot leven kunnen
komen. Want wat u ook naar buiten toe doet, brengt geen innerlijke verandering
teweeg, die echter zin en doel van het aardse leven als mens is.
Daarom, sluit u aan bij de kerk die Ik zelf op aarde gesticht heb. Ontwaak
uit uw doodsslaap, wek de geest in u tot leven doordat u onbaatzuchtig
liefdevol werkzaam bent. U zult daardoor ook tot een geloof komen dat
onwrikbaar is - dat de hel niet aan het wankelen zal kunnen brengen. En
wanneer u zo'n geloof bezit, dan bent u waarlijk Mij nabij, dan bemerkt
u mijn tegenwoordigheid, dan zult u ook weer de vermogens terug krijgen
die u bezat voor uw afval van Mij. U zult weer volmaakt worden zoals u
het van het begin der tijden af aan was, en uw leven zal dan zalig zijn
tot in alle eeuwigheid.
Amen |