Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.8635
4 oktober 1963

Arbeid in de wijngaard naar Gods wil

Ieder van mijn medewerkers zegen Ik en Ik geef hem de stille belofte van mijn bijstand, zodra hij voor Mij bezig is. Want Ik heb zijn medewerking nodig, hoewel Ik waarlijk de macht heb alles naar mijn wil te vormen, dus ook u mensen door mijn wil te voltooien. Maar mijn plan om u tot voltooiing te brengen vereist de vrije wil van de mens en daarom moet ook de verlossersarbeid door mensen worden uitgevoerd opdat zich alles in het kader van het natuurlijke afspeelt en geen ongewoon werkzaam zijn een mens tot geloven dwingt. Steeds weer geef Ik u de belofte dat Ik al uw gedachten stuur en u dan ook de arbeid in de wijngaard zult aanpakken zoals het mijn wil is. Maar steeds weer maan Ik u aan tot vlijtige bezigheid en Ik heb mijn vreugde in uw dienstbaarheid.

Maar uiteindelijk zal een gezegende arbeid in de wijngaard steeds uit vlijtige detailarbeid bestaan. De verspreiding van mijn evangelie zal steeds een kleinschalig werken zijn, want al verzamelen zich ook massa’s en horen de verkondiging van mijn woord, dan zal toch mijn woord maar in weinig harten wortel schieten en zal het zaad opkomen. En vooral in de laatste tijd zal het resultaat steeds minder worden, want het merendeel der mensen zal zich afkeren, ze sluiten hun oren omdat ze niet meer geloven. Ik echter ken de afzonderlijke mensenharten en deze voer Ik ook de genadegaven toe. Ik breng ze met de arbeiders van mijn wijngaard samen om ze rechtstreeks door dezen te kunnen toespreken. En u zult het kunnen geloven dat Ik niet één ziel oversla, waar nog de hoop bestaat dat ze Mij gewillig zal aanhoren. En u, mijn dienaren op aarde, zult waarlijk door vlijtig kleinschalig werk meer bereiken dan door grootscheepse acties die niet het resultaat opleveren dat u er zich van verwacht.

Wanneer Ik echter zelf een succes zie in iets, dan zal Ik ook uw gedachten juist sturen en u de middelen ter beschikking stellen, zodat u weer bezig bent naar mijn wil. Maar erop vooruitlopen zult u niet moeten en u ook geen zorgen maken, schenk Mij alleen steeds uw wil en laat u leiden en laat al het verdere aan Mij over. Hoe weinig mensen slechts zijn ontsloten voor een geestelijk goed, omdat maar weinigen een gewekte geest hebben. En dat zult u moeten overwegen, dat de meeste mensen het niet begrijpen, ook al wordt het hun overgebracht, omdat ze zonder liefde voortgaan en daarom een volledig verduisterde geest hebben. En daarom kan het geestelijk goed dat rechtstreeks van Mij is uitgegaan ook niet zo’n verbreiding vinden zoals elke andere literatuur die de menigte aangeboden wordt en kan worden, omdat de wereld slechts wereldse goederen op prijs stelt.

Ik echter weet wat succesvol is en van mijn kant wordt alles gedaan om het aantal van diegenen die gered worden te vergroten. En u zult steeds moeten doen wat in uw vermogen ligt, en altijd in liefdevolle wil om te helpen u aan de nood van de medemensen gelegen laten liggen. En elke inspanning die deze reddende arbeid geldt wil Ik zegenen. En Ik zelf wil ze vooruithelpen op elke manier, maar Ik zie ook het resultaat en weet bijgevolg ook welke arbeid uitzichtloos is, dus zal Ik die verhinderen, opdat u uw kracht en moeite niet tevergeefs zult verbruiken. Maar de geestelijke resultaten van alle arbeid in de wijngaard die u in stilte zult verrichten, zult u zelf niet kunnen beseffen. Want ze strekken zich ook uit tot in het rijk hierna, waar de zielen elke geestelijke gedachte aannemen en nastreven die u bezighoudt. En daarom zal uw verlossersarbeid nooit voor niets zijn, want alle zielen wil Ik toespreken, wat u, mijn dienaren op aarde, Mij steeds dan mogelijk maakt wanneer u onzelfzuchtig voor Mij bezig bent.

Amen