BD.8223
25 juli 1962
Gods eindeloze vaderliefde
Ik wil dat u een verhouding met Mij tot stand brengt, zoals
een kind tot zijn Vader; dat u Mij liefde en vertrouwen schenkt, dat u
steeds zeker bent van mijn hulp en nooit twijfelt aan mijn liefde.
Wanneer u maar een vast geloof in mijn liefde verkrijgt, dan zult u ook
telkens naar Mij komen zoals kinderen naar de Vader en Mij al uw noden
en zorgen voorleggen en Mij om hulp vragen. En Ik zal u helpen. Want Ik
wil ook uw liefde winnen, omdat u dan weer zult aansturen op Mij, die
u eens vrijwillig verliet.
En laat u dus door geen enkele nood terneerdrukken, maar leg hem vol vertrouwen
voor aan Mij, uw Vader van eeuwigheid, en waarlijk, u zult de hulp van
de Vader gewaarworden. Want mijn liefde voor mijn kinderen is heel wat
dieper dan een aardse vader u kan beminnen. Maar juist het bewustzijn
van mijn eindeloos diepe liefde ontbreekt u en daarom twijfelt en aarzelt
u.
Maar eens bent u uit mijn liefde voortgekomen en u zult vast moeten geloven
dat u met Mij verbonden zult blijven tot in alle eeuwigheid. Ook al keerde
uw vrije wil Mij eens de rug toe, hij heeft de band niet kunnen verbreken,
omdat u anders zou zijn vergaan.
Doch wat eens door Mij werd geschapen is onvergankelijk, al is het ook
tijdelijk naar zijn wil van Mij gescheiden. En juist deze vrije wil zult
u Mij op aarde moeten schenken, doordat u naar Mij toekomt met elk verlangen
en dus weer de juiste verhouding aanneemt, die oorspronkelijk bestond
tussen Mij en u en die u onuitsprekelijk gelukkig maakte.
Wanneer u aan Mij denkt, wees er dan altijd zeker van dat mijn liefde zich dadelijk op u richt; dat Ik u aanstraal, wat u mogelijk maakt door
uw gedachten op Mij te richten. En laat het u dan tot zekerheid worden,
dat Mij alleen uw welzijn aan het hart ligt, dat Ik u geestelijk en lichamelijk
zou willen overstelpen met gaven van genade en dat Ik steeds alleen maar
uw geopende harten nodig heb, uw genegenheid voor Mij, die nu ook mijn
inwerken op u toelaat.
Mijn liefde voor u is onbegrensd en ze zal nooit ophouden. En daarom verlang
Ik ook vurig naar u, mijn schepselen, dat u als "kinderen"
naar Mij terug zult keren, dat u Mij, uw Vader van eeuwigheid, zult leren
kennen gedurende uw weg over de aarde. En Ik probeer waarlijk alles om
u een juist beeld van Mij te geven, van mijn Wezen en mijn liefde voor
u, opdat u nu ook dit Wezen zult kunnen liefhebben met heel uw hart en
met al uw zintuigen.
Naar deze liefde verlang Ik vurig sinds uw afval van Mij. Maar Ik heb
geduld, tot u uit vrije wil Mij deze liefde schenkt. Maar zodra u zelf
Mij juist onderkent, zal het ook niet moeilijk zijn Mij lief te hebben.
Maar wordt u verkeerd onderwezen, wordt mijn beeld u verkeerd geschetst,
zodat u geen God van liefde, maar alleen een wrekende en toornige God
in Mij ziet, dan zult u ook nooit Mij als uw Vader leren liefhebben.
En daarom zult u in de eerste plaats de zuivere waarheid te weten moeten
komen. U zult naar waarheid onderricht moeten zijn door uw God en Schepper,
wiens liefde oneindig is en die uw Vader is en als Vader ook door u wil
worden erkend.
"Komt allen tot mij, die vermoeid en belast zijt, Ik wil u verkwikken."
Zulke woorden kan alleen diegene zeggen, die u liefheeft en altijd alleen
het beste voor u wil: uw Vader van eeuwigheid, die Zijn kinderen tot zich
roept om hen te helpen in elke geestelijke en aardse nood.
En steeds weer zult u bewijzen van mijn vaderliefde ondervinden, wanneer
u zich maar als mijn kinderen voelt en vol vertrouwen de weg inslaat naar
de Vader. Want elk zich op Mij richten geeft Mij het recht in u werkzaam
te kunnen worden, daar anders mijn tegenstander u van Mij wegdringt en
hij zijn invloed op u nog doet gelden, wat Ik hem niet kan weigeren, zolang
uzelf u niet tegen hem verweert, doordat u naar Mij roept, naar uw Vader
van eeuwigheid en Mij daardoor het recht verleent mijn kinderen tegen
hem te beschermen.
Mijn liefde voor u is grenzeloos en steeds zult u ze kunnen vragen. Steeds
is mijn hulp voor u zeker wanneer u in nood bent. En zodra u ervan overtuigd
bent dat mijn liefde u toebehoort, voelt u zich ook als mijn kinderen
en keert u nu vrijwillig terug in uw vaderhuis, naar Mij, van wie u eens
bent uitgegaan.
Amen |