Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.7787
januari 1961

Opheldering over verschillende ontvangsten van het woord

Van Mij uit wordt u zeker mijn woord niet onthouden, als u wilt dat Ik u aanspreek. Doch altijd moet u uzelf onderzoeken en afvragen wat u verlangt te weten. Ik geef u antwoord op uw vragen, zodra ze geestelijke leringen betreffen en zodra dit antwoord u tot zegen strekt. Want Ik wil wel dat u in de waarheid wandelt, maar Ik zal mijn antwoord niet geven als aan uw vragen geen oprechte motieven ten grondslag liggen. En dat is mogelijk als u met een antwoord tegenover uw medemensen wilt uitblinken, of ook, als u met een antwoord uw medemensen tot een of andere handeling probeert aan te zetten.

Want Ik zie iedere bedoeling in een mensenhart, en al houdt hij dan samenspraak met Mij - hij zelf heeft zich niet zo voorbereid dat Ik hem antwoorden kan. Er vindt dan geen geestelijke uitwisseling plaats, maar het verstand van de mens werkt voor zichzelf een antwoord uit dat hij dan als geestelijk ontvangen doorgeeft. Ieder mens wordt door Mij aangesproken die de voorwaarden vervult: zich innig tot Mij wenden en Mij vragen om mijn woord. En tot hem zal Ik spreken zoals zijn staat van rijpheid het toelaat. Ik zal hem het antwoord in het hart leggen, Ik zal zijn gedachten richten zodat hij niet in dwaling verkeert.

Maar er wordt van deze belofte van Mij ook misbruik gemaakt, doordat de mensen Mij vragen om antwoord in aardse aangelegenheden, doordat zij geestelijke wensen niet van aardse kunnen scheiden. Ik wil Mij aan mijn kinderen zeker niet onthouden, maar Ik stap ook niet van mijn voorwaarden af die Ik aan een werkzaam zijn van mijn geest verbonden heb. Ik wil dat een diep verlangen naar de waarheid hen ertoe brengt zulke vragen te stellen die een geestelijk weten betreffen. En hebt u, mensen die graad bereikt dat mijn geest in u werken kan, dan zult u ook weten dat uw Vader de aardse lotgevallen leidt zoals ze voor u het beste zijn. U zult uzelf dan aan Mij als uw leidsman toevertrouwen en weten dat Ik alles voor u ten beste leid.

U zult dus geen persoonlijk onderricht of aanwijzingen verwachten en uw Vader daar ook niet om verzoeken. Want met aardse vragen bent u steeds in gevaar het antwoord zelf zo te geven zoals u het voor uzelf wenst. Laat Mij voor u zorgen en laat de leiding over u helemaal aan Mij over. Zorg alleen dat uw ziel uitrijpt, dat ze tot een opnamevat wordt van mijn geest. Dan spreek in het verborgen samen met uw Vader en laat u door Mij onderwijzen, dat wil zeggen: in geestelijk weten inwijden.

Want mijn rijk blijft altijd alleen de geestelijke wereld, en uit deze wereld komen geestelijke onderrichtingen tot u die de rijpheid van uw ziel verhogen, als u volgens deze lessen leeft op aarde. En wie voor Mij werkzaam wil zijn, diens gedachten zullen waarlijk juist geleid worden door Mij en hij hoeft geen aanwijzingen van medemensen, die hem ook verkeerde raad of onjuiste overgebrachte mededelingen kunnen laten toekomen. Verbind uzelf met uw Vader van eeuwigheid en vraag Hem om goede leiding en u zult mijn wil in uw hart bespeuren en hem opvolgen. Beproef alles en behoud het beste. Geen mens moet het onderzoeken van de geestelijke leringen die hem gebracht worden nalaten, want ieder moet weten dat tegenstander in de eindtijd actief is waar hij kan - om de gedachten te verwarren. Dat hij echter geen invloed heeft op hen die zich innig met Mij verbinden en mijn leiding hebben afgesmeekt. Ook weet hij zich goed te camoufleren en als een lichtengel op te treden, doch herkenbaar voor allen die licht en de waarheid zoeken. Want dezen laat Ik niet in duisternis ronddolen, hun schenk Ikzelf het licht omdat zij het begeren.

Amen