BD.7599
14 mei 1960
Aansporing aan alle arbeiders in de wijngaard
De golven zullen steeds hoger stijgen die u mijn dienaren
op aarde willen vastgrijpen en u zult terecht komen in benauwenissen van
de meest verschillende soort en toch zult u Mij toch trouw moeten blijven
in al uw noden van lichaam en ziel. U zult er steeds aan moeten denken
dat het de tijd van het einde is waarin u leeft. En deze tijd van het
einde zal u nog veel verrassingen bezorgen, van welke aard ze ook mogen
zijn.
Maar dit ene is zeker, dat u zich trouw aan mijn openbaringen zal moeten
houden, aan mijn woord, dat uit den hogen tot u klinkt. Want u zult ook
dan moeten weten, dat mijn tegenstander veel verwarring tot stand tracht
te brengen, doordat hij grote dwalingen in de waarheid zal proberen te
strooien en dit hem ook zal lukken, omdat de mensen vaak geen onderscheidingsvermogen
bezitten, omdat het de mensen er vaak aan ontbreekt dat hun geest gewekt
is. Maar ze kunnen vragen om de gave des onderscheids, omdat Ik waarlijk
de mens die de waarheid ernstig begeert, niet in dwaling zal laten voortgaan.
En Ik doe u ook waarlijk het weten toekomen dat u nodig hebt, om in de
komende tijd goed werk in mijn wijngaard voor Mij en mijn rijk te verrichten
- en u daarom ook niet genoodzaakt bent u vreemd geestelijk goed eigen
te maken dat u niet van Mij hebt ontvangen.
Maar u moet oplettend zijn op de gebeurtenissen om u heen, van het leven
en de drukte in deze wereld en het handelen van de mensen, omdat u dan
ook het doen en laten van diegene herkent die woedt in de laatste tijd,
omdat hij weet dat hij niet veel tijd meer heeft. En zo geef Ik u ook
steeds weer te kennen, dat u Mij het sturen en leiden zult moeten overlaten,
want Ik weet waar en hoe een mens ook een trouwe knecht is voor Mij, die
van zins is voor Mij te arbeiden. En deze wijs Ik waarlijk ook zijn werkzaamheid
toe en hij zal het niet nodig hebben zelf de arbeid te zoeken die hij
voor Mij moet uitvoeren.
Maar het is het werk van mijn tegenstander, steeds weer het denken van
de mensen in de war te brengen, hen op te hitsen en van de wijs te brengen,
hun de innerlijke rust te ontnemen, de mensen tegen elkaar op te zetten
en elke vrede te verstoren. Het werkzaam zijn van mijn tegenstander bestaat
er ook uit de blik van de mensen af te leiden van zuiver geestelijke gebeurtenissen
en te richten op praktijken van onrijpe geesten, die zich bedienen van
mensen die van hen afhankelijk zijn om onrust te stichten.
U moet vastberaden uw weg gaan, bereid om Mij als trouwe knechten te dienen
en steeds alleen wachten waar Ik u zal inzetten voor uw dienst. En Ik
zal u leiden - maar onderneem niets eigenzinnig, maar laat Mij alles regelen,
want Ik weet wat succes oplevert of vergeefs is. Ik ken ook het werkzaam
zijn van mijn tegenstander en kan u steeds maar die ene raad geven: u
tot Mij te wenden, u aan Mij over te geven en niet te handelen uit overdreven
ijver, omdat elke onrust het werk van mijn tegenstander is, maar u de
innerlijke vrede alleen bij Mij kunt vinden.
En laat Mij uw Leider en vaste Begeleider zijn, dan zal alles vanzelf
zo lopen dat u slechts uw innerlijk aanmanen hoeft te volgen en u juist
en goed handelt voor Mij en dus Mij dient als mijn knechten in mijn wijngaard.
Maar laat u niet beïnvloeden door 'n vreemde macht. En steeds weer
zult u een vreemde macht te vrezen hebben, wanneer de innerlijke rust
u verlaat.
Alles moet zijn tijd hebben en ook het werkzaam zijn van de kwade krachten
wordt door Mij toegelaten, opdat de mensen zich kunnen beproeven hoe ver
zij hun weerstand bieden. Maar Ik stel er hun dan mijn kracht tegenover,
wanneer het tijd is, en dan zult ook u mijn dienaren weten dat u nu actief
zult moeten zijn en werken voor Mij. En daarom is er alleen dit ene nodig:
dat u zich vol vertrouwen aan Mij overgeeft en om mijn leiding vraagt
en u wordt dan ook geroepen tot de dienst zoals die voor Mij tot een succes
kan worden.
U moet niet vanuit uzelf zaken aanpakken zonder daar voor de opdracht
van Mij te hebben ontvangen. Maar u moet te allen tijde bereid zijn Mij
te dienen en dan wordt u ook zo geleid, dat u voor Mij goede arbeid in
de wijngaard zult kunnen verrichten, dat u zielen kunt redden voor het
laatste verderf, dat u dus in waarheid vlijtige knechten voor Mij zult
zijn in de laatste tijd voor het einde.
Amen |