Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.7010
4 januari 1958

De geslachtsdaad, samengaand met het van God verwijderd zijn, is aanleiding tot ongeloof

Ieder denkend mens zou tot het inzicht moeten komen dat een naar verhouding korte tijd durend aards bestaan zin- en doelloos is, wanneer het "ik" van de mens net alleen maar deze korte tijd bestond, wanneer het op het moment van de geboorte zou beginnen en op het uur van de dood eindigen. Hij zou, wanneer hij een Schepper aanvaardt, deze als zeer kleingeestig moeten beschouwen, die alleen maar ter wille van een gril wezens liet ontstaan omwille van onbeduidende aardse zorgen en vreugden. Of hij moest, wanneer hij zich slechts als een willekeurig ontstaan product van de natuur beschouwt - zich afvragen waarom hem verstand en vrije wil eigen is. Want zulke gedachten zouden het hem twijfelachtig laten toeschijnen slechts zo'n willekeurig product van de natuur te zijn. Door het verstand en de vrije wil onderscheidt de mens zich van alle andere scheppingen die de natuur uitmaken. Derhalve zou hij kunnen concluderen dat er een scheppende geest bestaat, die eveneens verstand en vrije wil - dus wijsheid en kracht - bezit. En zou hij bij deze gedachte zijn aangekomen, dan zou hij ook de zin en het doel van zijn bestaan op aarde trachten te doorgronden en zich niet tevreden stellen met aan te nemen alleen maar ter wille van het aardse leven zelf geschapen te zijn.

Tot dit resultaat zou ieder mens door eenvoudig nadenken kunnen komen, wanneer hij niet reeds dit inzicht heeft verkregen en gelooft in een God van liefde, wijsheid en almacht, uit wie hij zelf is voortgekomen. Doch vele mensen worden verwekt, samengaand met een uiterste verwijdering van God, door mensen die geen vonkje van liefde in zich ontsteken, die hun licht zou schenken, die nog helemaal in de macht van de tegenstander van God zijn en hun vijandige gezindheid nu ook in het kind inplanten, dat tegen wil en dank door hen ter wereld wordt gebracht en wiens ziel, door de dichtste omhullingen omgeven, zonder licht en liefde opgroeit.

Weliswaar hoeft het wezen van een kind niet altijd met dat van de ouders overeen te stemmen, er kan zich ook een ziel belichamen die bewust de strijd tegen de gevaren van deze wereld opneemt - maar meestal wordt de gezindheid van de ouders op hun kinderen overgedragen en dan komen er mensen ter wereld die zich alleen maar als willekeurig ontstane producten van de natuur beschouwen en geen enkele band hebben met Diegene die ook eerst Zijn toestemming voor hun ontstaan gegeven heeft, omdat de wil van die ouders ook vrij is en hun natuurlijke geaardheid de grondslag is voor de geboorte van kinderen. Maar ook die kinderen ontbreekt het weer niet aan denkvermogen en vrije wil - zodat er ook voor die mensen een weg is, uit het donker in het licht te komen. En ook die mensen hebben van God uit het liefdesvonkje in zich, en het is hun ook mogelijk dit te doen ontbranden. En ook hun stromen goddelijke genaden toe.

Maar deze mensen vertoeven waarlijk in de diepste duisternis, die het doel van hun leven slechts in het aardse leven zelf zien, die zelf menen dat alles voorbij is op het moment van de dood en geen Macht boven zich willen herkennen en aanvaarden, want dezen gebruiken ook de gave van het verstand niet, ze denken niet eenmaal na vanuit een ernstige wil de waarheid te doorgronden, anders zouden ze onherroepelijk tot andere gedachten komen. En zo is daaruit ook op te maken dat de geslachtsdaad een wapen van de tegenstander is dat hem vaak de zege oplevert in de strijd om de zielen van de mensen, want hij drijft de mensen aan tot onbeperkt zingenot en hij zal geen weerstand ondervinden. Ongeremd geven de mensen zich aan elkaar, evenwel niet in liefde, maar alleen vanuit een zinnelijke roes, die zelden een andere dan duistere zielen het verwekt worden mogelijk maakt en deze duisternis meestal daarin tot uitdrukking komt, dat elke basis om te geloven ontbreekt, wat de bedoeling van de tegenstander is.

Maar ook hoogmoed kan een ziel in welke de grondslagen tot inzicht al voorhanden waren, verduisteren, wanneer het verstand zich in verwaandheid voor bekwaam houdt, ook de grootste geheimen te doorgronden. Dan heeft de tegenstander ook zijn doel bereikt de mens ongelovig te maken en zijn denken in de war te brengen.

Amen