BD.7005 29 december 1957 Belofte van het behoud van de arbeiders in de wijngaard Ik heb jullie nodig, Mijn dienaren op aarde. Wel heb Ik de macht om alles te regelen zonder menselijke hulp, Ik zou jullie allemaal plotseling kunnen verlossen uit jullie onvrije toestand, maar dit is niet het doel, dat Ik weer alleen volmaakte "schepselen" aan Mijn zijde heb, maar Ik tracht "kinderen" van jullie te maken, en dat vereist jullie vrije wil. Elk aanwenden van Goddelijke macht zou dus jullie vrije wil aantasten, want Ik wil Mij niet aan jullie mensen bewijzen, maar Ik wil dat de liefde in jullie zelf de herkenning geeft, dat en wie Ik ben. En daartoe help Ik jullie op elke wijze, moet dat echter altijd door mensen doen, die jullie nu kunnen geloven of ook niet, wanneer zij jullie onderwijzen in Mijn opdracht. Zou Ik van bovenaf luid en verstaanbaar tot jullie spreken, dan zouden jullie worden gedwongen in Mij te geloven, en dit geloof is voor Mij en jullie waardeloos. Maar wederom kan Ik niet elke mens ertoe gebruiken om Mij door hem te uiten. Er is een vrijwillige overgave aan Mij voor nodig, daartoe behoort de wil om Mij te dienen en om voor Mij een deugdelijk werktuig te zijn voor het verlossingswerk dat op aarde nog uitgevoerd moet worden voor het einde komt. En het zijn er niet veel die zich voor Mijn dienst aanbieden, die serieus de wil bezitten, zich voor Mij en Mijn rijk en in Mijn opdracht in te zetten. Maar ze zijn dringend nodig in een tijd waarin de mensen reeds volledig van het geloof afgevallen zijn, waar het verstand van de mensen meent dat het boven alles staat wat niet te bewijzen is. En als Ik nu Mijn dienaren zelf opleid, wanneer Ik op aarde een bron ontsluit waaruit Ik het Levend Water naar de kinderen op aarde kan laten stromen, dan tracht Ik waarlijk voor Mij deze mogelijkheid in stand te houden, aangezien het einde steeds dichterbij komt, de mensheid in grote geestelijke nood verkeert, en veel mensen zich nog aan de bron kunnen laven en kracht kunnen putten voor hun pelgrimstocht op aarde. Ik zegen al Mijn dienaren die van goede wil zijn, dus Mijn getrouwe knechten willen zijn in Mijn wijngaard. En Ik houd ze ook daadkrachtig, Ik bescherm hen ertegen onbekwaam te worden, omdat Ik ze nodig heb. Deze belofte mogen jullie nooit vergeten, ook als het lijkt alsof de krachten jullie verlaten. Ik ben een dokter en Heiland van zieken en zwakken en kan werkelijk het lichaam in één ogenblik sterken en genezen. Maar weten jullie wat Ik beoog, wanneer ook jullie als Mijn dienaren soms bezwijken onder zwakheden? Mijn armen strekken zich naar vele zielen uit, en Ik weet ook hoe Ik deze zielen kan bereiken, hoe Ik ze moet aanraken om ze naar Mij toe te trekken. En ook daarvoor moeten jullie dikwijls het hulpmiddel zijn, omdat Ik alleen via jullie die zielen kan bereiken. Er is niets zonder zin of doel, wat er ook gebeurt. En Ik moet ook dikwijls buitengewoon invloed uitoefenen, maar dan nog gebeurt dit in een natuurlijk kader, opdat het geen wilsdwang zal zijn op jullie medemensen. Daarom moeten ook jullie, Mijn dienaren, je geheel en al in Mijn wil voegen, jullie moeten jullie lichaam en jullie ziel aan Mij overgeven, dan pas zijn jullie bekwaam voor jullie opdracht. Dan kan Ik door jullie werken zoals Ik het zegenrijk acht. Jullie moeten enkel kruiken voor Mij zijn, die Ik kan vullen, jullie zullen tot stand brengen waartoe jullie bekwaam zijn, want de maat bepaal Ik zelf, omdat Ik ook overzie, wat voor een uitwerking jullie arbeid heeft op Mijn rijk. En zoals Ik jullie nodig heb, zo geef Ik jullie ook de kracht daartoe, daarvan kunnen jullie verzekerd zijn. En altijd weer werf Ik arbeiders voor Mijn wijngaard, omdat er nog veel werk gedaan moet worden, alvorens het einde komt. En aan allen beloof Ik Mijn bescherming en Mijn hulp in geestelijke en aardse nood. Amen |