BD.6117
23 november 1954
Geestelijke wedergeboorte - Tevergeefse aardse levensweg
Jullie aardse levensweg is tevergeefs, wanneer deze jullie
ziel geen geestelijke vooruitgang verschaft, wanneer het jullie in deze
periode niet lukt, jullie in geestelijke sferen te begeven, los te komen
van de te nauwe verbinding met de aarde, met het materiële bezit
- wanneer jullie niet op aarde de geestelijke wedergeboorte bereiken.
Jullie ziel moet uit een donkere gevangenis naar buiten treden in een
leven vol licht, ze moet vrij worden van elke materiële binding,
want ze is een geest en voelt zich alleen prettig in het geestelijke rijk,
wanneer ze door geen enkele kluistering wordt gehinderd.
Het aardse lichaam is een kluistering voor de ziel en zijn begeerten zijn
altijd van materiële aard. Laat de ziel zich door hem leiden, dan
blijft ze in onvrijheid, ze blijft aards gezind, en ieder geestelijk verlangen
in haar wordt gesmoord. Ze moet zich losmaken van lichamelijke begeerten,
ze mag het lichaam niet verlenen wat het verlangt, want zij is de drager
van de wil, en ze beslist over zich zelf. Lukt het haar, het lichaam te
overwinnen of hem zelfs aan haar eigen wensen of aan die van het door
haar ingeziene "betere" te laten overhellen, dan vindt ze zelfs
een geweldige ondersteuning van de zijde van de in haar geborgen geest,
die haar meer en meer in de richting van het geestelijke rijk duwt, die
haar de rijkdommen van het geestelijke rijk aanbiedt en haar deze als
uitsluitend begerenswaardig voorstelt.
Zodra de ziel zich voor de geestelijke beleringen toegankelijk toont,
is haar lot in de eeuwigheid reeds beslist, ze is verzekerd van de gang
opwaarts, en de aardse levensweg heeft haar succes opgeleverd voor de
eeuwigheid. Maar de strijd van de ziel hieraan voorafgaand is zwaar, wanneer
het lichaam op iedere wijze op haar inwerkt, wanneer ze te zwak is hem
weerstand te bieden, wanneer het lichaam de overheersing bewaart en de
ziel benevelt, zodat zij zich nu willoos aan hem overgeeft.
Zodra de wereld jullie mensen bekoort, zodra jullie dit alles erop proberen
te veroveren, zodra jullie alle geestelijke gedachten verjagen, als ze
in jullie opduiken, zijn jullie ook in groot gevaar, want jullie doorzien
het doel van jullie leven niet - jullie streven volledig andere doelen
na dan die, waartoe jullie op aarde zijn. Jullie aardse leven gaat spoedig
voorbij, en alles, wat jullie aan aardse materiële goederen verworven
hebben, moeten jullie achterlaten in het uur van de dood. En jullie zullen
ongelukkig zijn, wanneer jullie niet in het bezit van geestelijke goederen
het geestelijke rijk ingaan.
Laat jullie gang over de aarde niet onbenut geweest zijn, tracht jullie
los te maken van alles, wat alleen het lichaam dient, maar de ziel geen
voordeel oplevert. En streef naar het rijk, dat jullie ware thuis is en
dat jullie onafwendbaar ook opnieuw betreden, als jullie lichamelijke
einde gekomen is - dat alleen zeer kan verschillen, al naar gelang jullie
ziel geaard is. Verander jullie daarom, en streef en werk voor het geestelijke
rijk, zolang jullie het aardse leven nog gelaten is, want jullie berouw
zal groot zijn, wanneer het te laat is.
Amen |