Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.6108
14 november 1954

Het doel van God: eeuwig leven - De vrije wil

U het eeuwige leven te geven, is het doel dat Ik me vanaf het allereerste begin heb gesteld. Ik wil u tot wezens vormen, die in eeuwige gelukzaligheid werkzaam zijn, die dus leven en scheppen, volledig beschikkend over licht en kracht. Het is mijn doel, dat u deze gelukzaligheid bereikt. En toch zult u zelf deze omvorming - die voorwaarde is voor een eeuwig leven - in u moeten voltrekken. Want ofschoon mijn macht onbeperkt is, kan Ik u toch niet zo vormen vanuit mijn macht, omdat het niet mijn doel is willoze schepselen in mijn nabijheid te hebben. Integendeel, Ik wil kinderen om me heen hebben, die vrij de volmaaktheid hebben bereikt, wier gelukzaligheid Ik voortdurend kan vergroten en in wier gelukzaligheid ook Ik zelf me kan verheugen. Uit vrije wil zult u kinderen van mijn liefde moeten worden.

Dit is mijn heilsplan van eeuwigheid, dat Ik ook zal nastreven tot Ik mijn doel heb bereikt. Maar er zullen nog eindeloze tijden vergaan tot alles wat uit Mij is voortgekomen, al het geschapene, de voltooiing zal hebben bereikt. Maar daar het niet alleen mijn werk, maar uw eigen werk blijft, is mijn liefde er steeds op bedacht u hulp te verlenen, u op de juiste weg te leiden, u kennis te verschaffen over uw taak en op elke wijze zo op u in te werken, dat uw wil nu uitvoert wat uw en ook mijn gelukzaligheid tot gevolg heeft.

En dat is steeds alleen maar mogelijk door mijn woord, dat u helder en begrijpelijk mijn wil bekend maakt, van welke de vervulling ook gelijk is aan het vervullen van uw taak op aarde. Als uw God en Schepper van eeuwigheid, blijf Ik door mijn woord voortdurend in verbinding met u, mijn schepselen. En mijn aanspreken wijst u ook op Hem, die u heeft geschapen. Mijn aanspreken gaat uit naar mijn kinderen, die in Mij hun Vader moeten herkennen, die mijn liefde moeten voelen, opdat ze Mij leren liefhebben en naar Mij verlangen.

Heb Ik bereikt dat ze Mij liefde betuigen, dan streven ze er ook naar bij Mij te komen. En dan heb Ik ze voor eeuwig gewonnen. Want dan bereiken ze ook de graad van volmaaktheid, die hen gelukzalig zal laten worden. Dan vormen ze hun wezen uit vrije wil tot liefde en dan heb Ik mijn doel bereikt.

Maar Ik dwing geen mens mijn woord aan te nemen. En daarom zijn nog zo veel mensen terughoudend tegenover Mij. Ze geven Mij niet de mogelijkheid mijn liefde bij hen te laten binnenstralen. Ze keren zich af van elke genadevolle gelegenheid. Ze mijden de plaatsen waar ze onmetelijk zouden kunnen ontvangen, wanneer ze gewillig zouden zijn.

Deze mensen verlengen zelf de tijd dat ze van Mij verwijderd zijn en Ik moet hun wil respecteren. Maar eens bereik Ik zeker mijn doel. Maar tot hun eigen leedwezen verlengen mijn schepselen de tijd van hun ongelukkige toestand, want ze bevinden zich in een toestand van dood. En pas wanneer ze verlangen te leven, onttrekken ze levenskracht aan mijn woord. Pas wanneer ze Mij zelf tot zich laten spreken, worden ze door mijn liefdekracht doorstraald en beginnen ze te leven. Maar dan zullen ze ook gelukzalig zijn en blijven tot in alle eeuwigheid.

Amen