BD.5107
18 april 1951
Het spreken van God van de Vader tot kind - Woorden van liefde
U allen ben Ik nabij, zo nabij dat u in staat zou zijn Mij
te horen als u binnen in u luistert naar mijn stem. En het is begrijpelijk
dat Ik zo tot u spreek zoals een liefdevolle Vader tot Zijn kinderen spreekt,
eenvoudig, gewoon en toch vervuld van liefde, zo dat mijn kinderen vertrouwd
zijn met Mij, dat ze Mij ook herkennen als Vader, die Zijn kinderen liefheeft.
En omdat Ik wil dat ze Mij ook begrijpen, weerklinken mijn woorden zo
in hun hart, zoals een kind ze kan begrijpen, dat ze niet verkeerd begrepen
kunnen worden en dat ze het kind gelukkig maken. De volheid van mijn liefde
zou zich heel anders uiten als u het zou kunnen verdragen, maar zolang
u nog op aarde bent, is de klank van mijn woord aangepast aan de toestand
van uw ziel, en al naar het vermogen van ieder afzonderlijk, lief te hebben,
klinkt het waarneembaar in het hart of het gemoed treffend als een zuchtje
gedachten fluisteringen. Ik ben zelf bij u die mijn stem verneemt, Ik
ben bij u aanwezig en spreek woorden van liefde, van troost en van aansporing
tot u en Ik onderricht u. Want steeds zult u mijn tegenwoordigheid moeten
bemerken als een toestromen van genade en kracht.
Wie nu veel begeert, ontvangt ook veel. Wie voor Mij zijn hart opent,
verlangend naar mijn liefde, die zal het ook onmetelijk toestromen, en mijn liefde uit zich in het woord. De volheid van mijn liefde geeft zich
weg, het licht van het vuur van mijn liefde straalt in het hart van diegene
die zich voor Mij openstelt en Mij wil horen. Licht echter is wijsheid
en de hoorn des overvloeds van de goddelijke wijsheid is onuitputtelijk
en biedt steeds nieuwe schatten aan hem die zijn handen daarnaar uitsteekt.
Maar steeds wordt geestelijke rijkdom u aangeboden op een voor u begrijpelijke
manier, omdat Ik wil dat u Mij begrijpt, als Ik tot u spreek. En daarom
zal het licht overal kunnen stralen, Ik zal geen onderscheid maken met
het uitdelen van mijn gaven, waar die maar ook van Mij worden verlangd
en de liefde van een kinderhart de Vader daarom vraagt. En mijn kinderen
zullen Mij altijd begrijpen, daar ze anders de Vader niet zouden herkennen, die door hen echter herkend wil worden. Daarom is mijn woord ook het levende
water dat uit de Bron stroomt, zo helder en zuiver, dat een ieder zich
daaraan kan laven, omdat ieder er datgene in vindt wat hij nodig heeft
voor de ontwikkeling van zijn ziel - bemoedigende woorden en troost, liefde
en wijsheid, genade en kracht.
Zolang u over de aarde gaat, bent u nog onmondige kindjes die Ik alleen
zo kan en zal bedenken zoals ze in staat zijn mijn woord van liefde en
wijsheid op te nemen. En zo zal u zich ook steeds als kinderen moeten
beschouwen en met dank alles aannemen wat de meest trouwe vaderliefde
u biedt. U zult niet mogen verlangen naar geestelijk voedsel dat u nog
niet zou kunnen verdragen, naar geestelijk weten dat u op aarde nog niet
nodig hebt, u zult niet moeten verlangen de werken van mijn almacht te
doorgronden vóór u een bepaalde geestelijke rijpheid hebt
verkregen die u in staat stelt geestelijk te schouwen, u zult genoegen
moeten nemen met dat wat Ik u geef, wat Ik als voor u zegenbrengend inzie
en wat mijn liefde voor de kinderen gereed houdt die de juiste verhouding
met Mij tot stand hebben gebracht en daardoor Mij zelf aanwezig laten
zijn. U, kinderen, moet tegelijk vragend en dankend de gaven ontvangen
die mijn vaderliefde u schenkt zo vaak u ze begeert.
Amen
|