BD.4726
28 augustus 1949
Mijn schapen herkennen mijn stem - "Afweer"
Zoals u zich tegenover mijn woord opstelt, zo stel Ik me
tegenover u op. Want het is de stem van de Vader, die tot u spreekt, die
u zult moeten herkennen als u Mij liefhebt, dat wil zeggen: mijn geboden onderhoudt.
Aan wie mijn woord bekend wordt gemaakt, neemt het aan als hij Mij liefheeft,
of hij heeft Mij niet lief als hij Mij afwijst, dat wil zeggen: hij vervult mijn
geboden niet, hij leeft niet in de liefde tot God en de naaste, anders
zou hij mijn woord herkennen als stem van de Vader. Het zal u dus begrijpelijk
zijn dat Ik diegenen zegen die Mij in het woord opnemen, maar mijn zegen
onttrek aan hen die Mij afwijzen, want ze zullen niet kunnen zeggen dat
ze Mij niet erkennen, ofschoon ze mijn woord verwerpen.
Mijn schapen herkennen mijn stem en wie hem herkent, staat er ook voor
in, hij staat helemaal voor mijn woord in en vreest niet het door te geven.
Want waar is er een kind te vinden dat aan de woorden van zijn vader geen
geloof hecht? Ik kwam tot de mijnen en ze herkenden Mij niet. En nu kom
Ik weer naar mijn kinderen, maar minder dan ooit geven ze acht op mijn
stem, omdat ze niet de juiste verhouding van kind tot Mij hebben, omdat
ze de wereld meer recht toekennen en voor Mij niet veel meer over hebben.
En toch noemen ze zich gelovig. Maar Ik acht hun geloof niet, want Ik
zie geen liefde in hun harten, daar ze anders Mij of mijn woord zouden
begeren, of naar de zachte klank van mijn stem luisterden waar die maar
te horen valt.
Wie echter omwille van de wereld mijn woord wegdringt, bezie Ik niet als mijn waar kind, want de liefde van de Vader omvat wel al Zijn kinderen,
maar ze wil ook door hen beantwoord worden. Houd van Mij en onderhoud mijn geboden, dan zal ook mijn woord u vaderlijk voorkomen, dan zal er
ook geen wil om af te wijzen in u bovenkomen, dan zult u vol vreugde Mij
belijden tegenover de medemensen en er voor zorg dragen Hem bekend te
maken. Maar als u de liefde niet in u hebt, doet het u niets en als lastig
voor u wijst u het af, zowel duidelijk in het hart als ook naar buiten
toe, en dan wijst u ook mijn liefde van de hand, die in het woord tot
u komt, die u door het woord een bewijs geeft dat de Vader met Zijn kinderen
spreekt en door hen wil worden aangehoord. Onderzoek uzelf ernstig of
u kinderen van de wereld bent of kinderen van de Vader in de hemel en
denk aan mijn woorden: "Mijn schapen herkennen mijn stem" en
wees niet ongelovig maar gelovig.
Amen |