BD.4722
24 augustus 1949
Gebrekkig geloof - Verzekering van Gods hulp
Bereid u voor op het grote gebeuren dat Ik voortdurend aankondig.
Maar weet, dat al het leed voorbij gaat, ook wanneer u denkt eronder te
bezwijken. Alles zal snel op elkaar volgen. De gebeurtenissen zullen in
een stroomversnelling raken en in korte tijd begint datgene waarop Ik
u steeds weer wijs. Maar hoe wilt u deze moeilijke tijd uithouden, als
u niet geloviger naar Mij opziet in uren van nood?
Ik weet wat komen gaat en wil u die geloofssterkte verschaffen, die alles
overwint, wat er ook over u komt. Leun maar goed tegen Mij aan. Weet dat
u op aarde nergens de steun vindt, die u bij Mij hebt als u maar gelooft.
Ik ben er steeds voor u. Ik hoor elke roep, elke zucht. Ik ben op de hoogte
van elke traan, van al het leed dat op u drukt. En Ik wil u graag steeds
maar toeroepen: "Waarom vertrouwt u zo weinig op Mij, die u toch
voortdurend mijn bescherming en hulp beloof? Waarom komt u niet naar Mij
als u belast bent en onder de last dreigt te bezwijken? Waarom is uw gebed
niet zo vol vertrouwen dat Ik u helpen kan; dat u in zekere zin mijn hulp
afdwingt, door de kracht van uw geloof?"
En als u het serieus wilt, zult u ook kunnen geloven. Maar u zult u ernstig
met mijn woord moeten bezighouden. U zult het in uw hart moeten overdenken,
dat wil zeggen: u verdiepen in de zin ervan en u duidelijkheid erover
verschaffen dat Ik geen onwaarheid zeg, dat u dus geheel en al de vervulling
van mijn beloften zult kunnen verwachten. Als Ik dus mijn hulp heb beloofd
in elke nood van het lichaam en de ziel, denk er dan over na, dat Ik u
kan helpen krachtens mijn almacht, dat Ik u wil helpen op grond van mijn
liefde en dat u er niet aan zult mogen twijfelen. Want dan erkent u ofwel mijn almacht ofwel mijn liefde niet, en u hindert Mij dan zelf bij het
uiten van de liefde en de almacht, omdat u dan uit de juiste verhouding
van een kind treedt, die Ik echter verlang om Mij in mijn liefde en almacht
te kunnen openbaren.
Waarom vreest u de macht van der wereld? Waarom laat u zich door aardse
zorgen terneer drukken, wanneer u toch een Vader in de hemel hebt, die
alles voor u kan regelen en ook regelen wil, omdat u Zijn kinderen bent?
Waarom hebt u geen vertrouwen in Hem, die u toch voortdurend een bewijs
geeft van Zijn heersen en werkzaam zijn, als u maar om u heen kijkt? Waarom
staat het wereldse zoveel dichter bij u dan Ik? Waarom vreest u als Ik
toch voortdurend bij u ben? En hoe wilt u dan de moeilijkheden dragen
die de toekomst nog brengt? Maar Ik ken uw nood en wil hem afwenden, opdat
u Mij als steunpilaar zult kunnen dienen, wanneer alles om u heen dreigt
te wankelen. Ik heb u nodig en wil u opvoeden tot sterke, onbevreesde
verdedigers van mijn leer. En Ik zal het bereiken. Dat wil zeggen: uw
geloof zal onwankelbaar worden en alle aanvallen trotseren. U zult mijn
hulp zo openlijk ervaren, dat elke twijfel zal verdwijnen en uw geloof
sterker zal worden. En u zult Mij dienen tot aan het einde.
Amen |