Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.4705
5 augustus 1949

Weetgierigheid - Onbegrensd weten

Het gebied van het weten is onbegrensd. En ook wanneer u gelooft door Mij uitputtend onderricht te zijn, dan is dit toch een minimaal weten, ofschoon het voldoende is om weer uw medemensen te onderrichten en hun een glimpje inzicht te verschaffen. Maar u zou voortdurend nieuw weten in ontvangst kunnen nemen, op alle gebieden zou u steeds weer iets nieuws kunnen worden gegeven, steeds weer zou u uw kennis kunnen uitbreiden en aan de vragen en antwoorden zou geen einde komen.

Maar het ligt aan u zelf, hoe diep u wilt boren in de bron van de wijsheid. Het verlangen van hem die ('n bepaald weten) begeert, zal steeds worden vervuld en daarom zult u die wordt opgeleid om onderrichtend werkzaam te zijn, steeds weer worden aangespoord door debatten van geestelijke aard opdat u (uw weten) uitdeelt en daarbij leemtes in uw weten ontdekt, om uw weetgierigheid in u op te wekken, die nu kan worden bevredigd. Ik wil dat u vraagt om u te kunnen antwoorden, Ik wil dat u met actieve betrokkenheid deelneemt aan gesprekken van geestelijke aard, dat u niet alleen met de oren opneemt, maar hart en verstand onder de indruk laat komen, dan wordt u ook een alles ophelderend weten toegestuurd, dat u bevredigen zal, en dan neemt u toe in wijsheid, geloof en kracht. Want hoe dieper u doordringt in geestelijk weten, des te overtuigender zult u kunnen geloven en des te nader komt u Mij en ontvangt van Mij kracht in directe vorm.

Onuitputtelijk is de bron van weten en onbegrensd het gebied dat alleen Ik u kan ontsluiten. En al zouden er eeuwige tijden vergaan, u zou nooit aan een einde komen, omdat mijn schepping oneindig is en omdat, wat volmaakt is, ook eeuwig onbegrensd moet zijn. Daarom kan een weten dat geestelijk gebied raakt, nooit afgesloten zijn, maar wat voor u, mensen nodig is te weten, wat voor het rijp worden van de ziel beslist noodzakelijk is, kan u ook in beperkte mate worden gegeven, maar het hangt van uw vrije wil af of u deze maat wilt vergroten of tevreden bent met wat Ik u geef.

Steeds weer zeg Ik u dat u antwoord krijgt op elke vraag, steeds weer verzoek Ik u dringend vragen te stellen om uw dorst om te weten op gang te brengen en steeds weer geef Ik u gelegenheid om actief met uw gedachten werkzaam te zijn, om u steeds weer te kunnen onderrichten volgens uw wil. Maar houd uw weten niet voor afgesloten, geloof niet dat u al in het bezit bent van alles wat er te weten valt. Want het gebied dat uw ziel nog kan doorkruisen is eindeloos, wanneer ze daartoe de wil heeft.

Maar wat u door Mij gegeven wordt, is ook volop voldoende om weer de medemensen te bewegen aan een God van liefde, wijsheid en almacht te geloven. En wie dit weten in ontvangst neemt kan zich al onuitsprekelijk rijk noemen, want het is de waarheid, en een korreltje van de zuiverste waarheid weegt op tegen een enorme hoeveelheid kennis die met dwaling is doorspekt en de geest van de mens veeleer verduistert.

(6 augustus) Alleen de zuivere waarheid is een onschatbaar geestelijk goed dat de naam "weten" verdient. Alleen de zuivere waarheid is ophelderend, terwijl leren die met dwalingen zijn vermengd steeds leemtes openlaten, denkbeelden zijn die de mens onbegrijpelijk of ongeloofwaardig voorkomen, als hij oprecht begeert wetend te worden.

Maar het ware weten geeft overal uitsluitsel over, omdat het door Mij, de Gever van de waarheid, wordt aangeboden. Het ware weten laat echter ook steeds weer vragen open, dat wil zeggen: het zal steeds opnieuw aanzetten tot vragen, opdat het zal worden vergroot en het verlangen om meer te weten vanzelf in de mens moet ontwaken. Innerlijk verlangen stelt de toename van het weten voorop en daarom is Mij ieder nadenkend, vragend mens die door Mij wil worden onderricht, welkom. En ofschoon hij de vraag niet uitspreekt, geef Ik hem toch antwoord door mijn werktuig dat Ik als bemiddelaar tussen hem en Mij gebruik om me te uiten. Zo zult u, mensen een omvangrijk weten in ontvangst kunnen nemen, er hoeft voor u geen onverlicht gebied te bestaan als u zich maar ernstig met de waarheid bezighoudt en in gedachten met Mij in verbinding treedt.

Maar Ik verlang volledige opmerkzaamheid, daar u anders niet bij machte bent Mij te horen, daar Ik u anders ook weiger te antwoorden, hoewel u een vraag hebt gesteld, maar zonder serieus verlangen naar het antwoord, wat u bewijst door de gedachten, die Mij waarlijk niet verborgen zijn.

Vraag, zo wordt u gegeven, klop aan, zo wordt u open gedaan en zoek, zo zult u vinden. Doch een ernstig zoeken, een vragende gedachte en een verwachten van mijn antwoord, een luisteren binnen in u, of het aanhoren van een bemiddelaar, stel Ik als voorwaarde, maar dan wordt u onderricht, u zult een weten kunnen ontvangen dat onbegrensd is en overeenstemt met de volkomen waarheid.

Amen