BD.4553
30 januari 1949
De gebrekkige toestand van de mens beantwoordt aan zijn wil
De wetenschap dat Ik u het aardse leven gaf, is geen reden
om aan te nemen dat u door Mij in deze gebrekkige toestand bent geplaatst
waarmee u nu op aarde te maken hebt. U allen bent nu zo gevormd zoals
uw wil, dat wil zeggen: niet zo, zoals uw wil in de staat als mens nu is, maar
zo, zoals uw wil voor de belichaming als mens geaard was.
Ik heb u de mogelijkheid gegeven - ondanks dat uw wil niet positief gericht
was - toch op een zekere trede van de ontwikkeling omhoog aan te komen,
doordat Ik uw wil kluisterde, doordat u ten gevolge van de "wet van
je moet" dienend werkzaam kon zijn, en hiermee de ontzaglijke verwijdering
tot Mij verkleind werd. Toen gaf Ik uw wil, die echter toch verschillend
geaard is bij ieder afzonderlijk al naar gelang zijn innerlijke weerstand
tegen Mij, weer de vrijheid.
En aan deze wil beantwoordend, bent u, mensen gevormd, dat wil zeggen: verschillend
voorzien van lichamelijke bekwaamheden, karaktereigenschappen en gevoelens,
opdat u de best mogelijke gelegenheid hebt tijdens het aardse leven tot
voltooiing te komen. En deze mogelijkheid staat ieder mens open: als volkomen
wezen, aan het einde van zijn aardse leven, het geestelijke rijk binnen
te gaan.
Dus gaf niet Ik u de fouten en zwakheden, integendeel, u zelf bracht ze
in uw veranderde liefde mee, daar u anders direct alle fouten zou kunnen
afleggen als uw liefde niet verkeerd gericht zou zijn. U allen denkt er
te weinig aan dat u een vrije wil bezit en dat deze wil aanleiding is
voor uw belichaming op aarde. In vrijheid van wil hebben de wezens - die
u nu bent - eens gezondigd en in vrijheid van wil moeten ze
nu hun zonden inzien en ze weer goed maken door bewust naar Mij te streven
tegen wie ze eens gezondigd hebben.
U, mensen op aarde hebt nu bijna het doel bereikt, want u bent al aanzienlijk
dicht bij de staat die eens uw bestemming was voor u afviel van Mij. Maar
uw wil bepaalt het uiteindelijke resultaat. U moet zelf proberen alle
fouten en zwakheden, slechte gewoonten en begeerten meester te worden
en daartoe ontbreekt het u niet aan mogelijkheden hulp te krijgen, aan
genade en kracht van boven. Maar als u zo van uzelf houdt, zoals u van
aard bent, dan zult u nooit het laatste doel bereiken.
Daarom, bezie uzelf en probeer uzelf te veranderen, want eens moet u verantwoorden
hoe u de korte tijd van uw leven hebt benut. Mijn liefde biedt u iedere
mogelijkheid om u te voltooien - Ze eerbiedigt echter de vrijheid van
uw wil
Amen |