BD.4410
19 augustus 1948
De innerlijke stem (2)
Als u gelovig bent, zult u ook mijn stem kunnen vernemen in uw hart. Maar op één ding moet acht worden geslagen, dat ze zo fijntjes en zacht klinkt dat u heel aandachtig zult moeten luisteren, wat een innig verzinken en volledig afsluiten van de wereld vraagt. Wie erop wacht dat Ik Me luid hoorbaar zal uiten, die zal teleurgesteld zijn als hij tevergeefs wacht. En toch zou hij Me kunnen vernemen, want Ik ben altijd bereid tot mijn kinderen op aarde te spreken. En Ik openbaar Me steeds als Ik daarom gevraagd word in gebed. Wie in staat is innig te bidden en met Mij samenspraak te houden, die is ook in staat mijn stem te vernemen. Want het is een voortgezette samenspraak met Mij die hij nu voert als hij zich in alles verdiept wat hij wenst te horen.
Ik ken de mijnen en wie met Mij wil spreken, die behoort tot de mijnen als het hart hem daartoe aanzet. Maar de mijnen moeten juist onderwezen worden en daarom geef Ik zelf hun antwoord op hun vragen, die ze aan de geestelijke wereld stellen. En als het nodig is dat u daar opheldering over ontvangt, deel ik ze u mede en ze zal u zonneklaar voor ogen staan. Maar hoeveel vragen worden er naar Mij opgezonden, die Ik zou willen beantwoorden en het ook doe, die echter niet begrepen worden omdat de vragende geen acht slaat op zijn gedachten die hem omcirkelen en die hij alleen maar hoefde op te nemen. Maar zulke vraagstellers zijn vaak wispelturig. Ze luisteren niet naar binnen in hun hart en kunnen daarom ook mijn stem niet vernemen. Dan kan Ik hun alleen antwoord geven door mijn boden. Ik kan hun hetzelfde laten overbrengen wat mijn boden hebben gehoord.
Maar steeds weer zult u mensen moeten proberen Mij rechtstreeks te vernemen, doordat u innig bidt om verlichting van geest en u zich al denkend aan Mij toevertrouwt, zodat Ik Mij niet beslist hoorbaar aan u hoef mee te delen, maar uw gedachten juist zijn en u zich daarom verlicht zult kunnen voelen, wanneer u aan uw gedachten de aandacht schenkt en ze als mijn antwoord opneemt, wat ze dan ook werkelijk zijn, als u maar gelooft.
Amen |