BD.4128
22 september 1947
"Alleen wie in de liefde blijft, die blijft in Mij en
Ik in hem"
De liefde moet in u opvlammen, wilt u met Mij verenigd zijn.
Alleen wie in de liefde blijft - die blijft in Mij en Ik in hem. En zo
moet u zich in uw hart voelen aangespoord uw medemens liefde te geven,
hem te verblijden en zijn genegenheid te winnen. U moet u in voortdurende
harmonie met hem bevinden, u moet voor uw naaste vriend en broeder zijn
en u moet vreugde en leed met hem delen en ook steeds proberen zijn lot
op aarde te verlichten.
En u moet ook steeds het voornemen hebben hem geestelijk juist te leiden,
omdat dit de belangrijkste en mooiste bevestiging in liefde is, zijn ziel
te redden of vooruit te helpen. En als de liefde u aanzet, u zich dus
in het diepste innerlijk gedrongen voelt tot het beoefenen van de naastenliefde,
ben Ik nauw met u verbonden, want het gevoel van de liefde is reeds het mijn in bezit nemen van u. Het is een overstromen van mijn liefdekracht
op u, het is een gevolg van uw wil die zich naar het goede toekeert, dus
een wenden naar Mij - al is het ook onbewust.
Ik zou u wel allen aan mijn hart kunnen trekken. Ik zou in u de liefde
kunnen doen ontbranden in een ogenblik en zou zo u allen voor Mij kunnen
winnen, als Ik dat wilde. Maar dan zou Ik geen schepselen hebben die mijn
evenbeeld zouden zijn, maar alleen wezens die al bepaald waren, aan wie
de vrije wil, het teken van hun goddelijkheid, ontbrak. Ik echter wil
met volmaakte wezens arbeiden en scheppen, Ik wil hun het hoogste geluk
geven omdat mijn liefde voor hen oneindig diep is. Ik kan dat echter alleen
bij een bepaalde graad van rijpheid, die de mensen op aarde moeten bereiken
en ook kunnen bereiken.
Daarom moet Ik u voortdurend vermanen tot 'n ijverig werkzaam zijn in
de liefde, omdat Ik met u verbonden wil zijn, om dan pas in alle volheid
in u te kunnen werken en zo de kracht van de liefde te vermeerderen, opdat
u zelf tot goddelijke wezens wordt zoals het in het allereerste begin
uw bestemming was. Ik wil een zijn met u, maar u moet deze eenwording
in vrije wil bewerkstelligen.
Daarom moet u zelf de liefde beoefenen, u moet onophoudelijk uw best doen
goede daden te verrichten. U moet uw gevoelens veranderen als ze nog niet
als liefde in u ontbrand zijn. U moet goed willen zijn dan zult u het
ook kunnen, want een dergelijke wil zegen Ik en geef ook kracht het goede
te verwezenlijken. U moet met Mij verbonden willen zijn, en Ik zal dan
tot u komen en u in bezit nemen om u nooit meer los te laten en Mij van
u te verwijderen. Want mijn liefde is zo diep dat ze niet eerder rusten
zal tot de volkomen vereniging heeft plaatsgevonden, omdat dit de oertoestand
was, omdat mijn schepselen van Mij waren uitgegaan en onherroepelijk weer
tot Mij moeten terugkeren.
Amen |