BD.3909
20 oktober 1946
De last van de zonde in het hiernamaals - Vergelding of vergeving?
Iedere zonde die u tegen uw naasten begaat, komen te uwen
laste en bijgevolg zondigt u ook tegen Mij zelf, die u het gebod van de
liefde gaf. En u zult de last van uw zonden zwaar te dragen hebben in
het hiernamaals, als u deze niet reeds hier op de aarde uitboet. Geloof
daarom niet dat u er zonder straf afkomt als u zondigt tegen uw naaste.
Geloof niet dat er geen rechtvaardige Rechter is, omdat Hij zich niet
onmiddellijk vertoont. Geloof niet dat u daarom vrij bent van alle schuld,
omdat de mensen u hetzelfde aandoen en mijn gebod van de liefde minachten.
U stompt wel uw geweten af, maar de grootte van uw schuld vermindert u
daardoor niet - want uw verstand blijft actief - en weet goed het juiste
van het onjuiste te onderscheiden. En uw wil wordt niet gedwongen, om
u te laten denken en handelen. Daarom draagt u er zelf de verantwoording
voor, en u belast uzelf onbeschrijfelijk als u zonde op zonde stapelt.
Als u uw naaste schade aandoet, hem in het nauw brengt en hem op de ergste
manier liefdeloos behandelt in plaats van hem te ondersteunen in zijn
nood, hem te helpen en hem dus onzelfzuchtige liefde te betonen, die alleen
welgevallig is voor mijn ogen.
Geloof in een rechtvaardige God, die u tot verantwoording roept voor al
uw daden en bid Hem om vergeving van uw schuld. Bid Hem om versterking
om het goede te willen, om kracht tot het doen van daden van liefde. Breng
de wil op goed te zijn en u zult geholpen worden. U zult u uit het moeras
van de zonde kunnen redden, u zult reeds op aarde vergeving ontvangen
en genade vinden in mijn ogen. Schat echter Hem niet gering die u het
leven gaf. Betwist Zijn rechtvaardigheid niet en erken uw zonden. Handel
niet tegen het gebod van de liefde dat Ik zelf u gaf voor uw zielenheil.
Ontferm u over de zwakken en zieken en u zult zelf erbarmen vinden bij
Mij. Lenig hun nood, en Ik zal met mijn hulp steeds klaar staan wanneer
u zich in nood bevindt. Want zoals u uw medemensen behandelt zo zal Ik
ook u behandelen op de dag van het gericht, die kort voor de deur staat.
U begeeft uzelf in de macht van satan die uw zielen nu naar zijn wil bewerkt,
die u naar beneden trekt in het verderf en van wie u als loon voor uw
gewilligheid alleen een tijdelijke verbetering in uw aardse levensomstandigheden
bespeurt. Maar wat zal dat uw zielen baten? Laat de maat van uw zonden
niet overlopen, want het berouw is eens vreselijk.
Zondig niet, opdat de maat van uw zonden niet nog voller wordt, opdat
de last van de zonden u niet terneer drukt en u geen genade meer vindt
op de dag van het oordeel. Want Ik ken elk onrecht, voor mijn oog blijft
niets verborgen. Voor iedere gedachte en iedere daad moet u zich verantwoorden,
en wee degene die door mijn vonnis getroffen wordt, die bij zichzelf mijn
rechtvaardigheid bemerken zal wanneer zijn zonden openbaar worden. Zijn
vergelding zal zwaar zijn maar aan zijn schuld aangepast. Want Ik ben
een rechtvaardige Rechter, ofschoon mijn geduld en barmhartigheid onuitputtelijk
is. Maar aan uw werken zijn grenzen gesteld, en als u die overtreedt heeft
ook het uur van het gericht geslagen, dat gerechtigheid zal eisen voor
alle zonden zoals het verkondigd is in woord en geschrift.
Amen |