BD.3580
17 en 18 oktober 1945
Wonderen - Valse profeten
Laat u niet op een dwaalspoor brengen, want de tegenstander
probeert steeds duisternis om u te verbreiden en het licht van boven af
te schermen. Hij probeert u met leugens en dwaling te vangen en u daardoor
ongevoelig te maken voor de zuivere waarheid. Hij is er steeds op bedacht
uw blik te vertroebelen, uw geest in de war te brengen en u het Wezen
van de eeuwigheid Godheid te versluieren. En daartoe bedient hij zich
van zodanige middelen, die moeilijk als begoocheling van de satan worden
ingezien, als niet de ernstige wil naar de zuivere waarheid aanwezig is.
Hij spiegelt te mensen vroomheid voor, hij komt in het lichtgewaad van
een engel, omdat de mensen zelf verlangen hebben naar pracht en praal
en zich de goddelijke Luister alleen met uiterlijke pracht verbonden voorstellen.
Hij spiegelt hen de luister van God voor, waar hij lichtgelovige mensen
vindt, die daar genoegen in scheppen. En dus verbreidt hij daardoor de
leugen en de dwaling en verduistert hij zo het denken van de mensen. Ze
nemen de onwaarheid aan en wijzen de zuivere waarheid af, die in een eenvoudig
gewaad door God zelf naar de aarde wordt gestuurd.
En zo verbreidt de leugen en de dwaling zich veel sneller dan de waarheid,
omdat de mensen dit zelf willen en omdat de verbreiders van de dwaling
onder de dekmantel van een verkondiger van de leer van Christus werken
en daarom overal instemming vinden. Want de satan werkt met list en geweld.
Hij bedient zich van de mensen, die de waarheid niet serieus begeren en
dezen zijn aan hem gebonden, want ze begeren ook God niet serieus, die
de eeuwige Waarheid zelf is. En zo heeft de satan, de vorst der leugens,
gemakkelijk spel.
Wat de mensen opbouwen is alleen onder het aanroepen van God van blijvende
waarde. En God wil in geest en in waarheid worden aangeroepen, daar Hij
anders Zijn oor sluit. En dit schakelt elke uiterlijkheid uit. Elke ceremonie,
pracht en praal hindert het ware gebed, het gebed in geest en in waarheid.
Wie aan de uiterlijkheden aandacht schenkt, zal moeilijk in staat zijn
de innerlijke verbinding met God tot stand te brengen, want steeds zal
de tegenstander zich tussen hem en God stellen, hem afleiden en zijn zinnen
door uiterlijkheden gevangen nemen. En zoek daarom God niet in pracht
en praal, zoek Hem niet in een omgeving, waar aardse materie tot algehele
uitwerking komt. Daar heeft de tegenstander van God zijn arbeidsveld en
hij bewerkt het met succes.
God openbaart zich in het verborgene. Hij openbaart zich aan de mensen,
die klein en bescheiden voortgaan. Hij openbaart zich aan diegenen, die
voor Hem moeten spreken, want Zijn openbaringen zijn bedoeld voor de gehele
mensheid en Hij zal zich alleen bedienen van de afzonderlijke mens als
werktuig, door wie Hij zelf tot de mensen wil spreken. Zijn openbaringen
hebben als voornaamste doel het verbreiden van de waarheid en het verkondigen
van Zijn wil, van welke het opvolgen de mensen de eeuwige gelukzaligheid
oplevert. Door zieners en profeten kondigt Hij ook het einde van de wereld
aan en maakt Hij opmerkzaam op de tekenen van de eindtijd. En het is Zijn wil, dat de mensheid daar opheldering over wordt gegeven, dat niemand
kan zeggen, niet aangemaand en niet gewaarschuwd te zijn gebleven, als
het einde over hen losbreekt. En altijd zullen deze zieners en profeten
mensen zijn, die zelf het diepste geloof hebben en leven in de liefde,
daar anders de tegenstander Gods voor zich die mensen uitkiest, om voor
hem werkzaam te zijn en hij weerklank vindt. Daarom moet er op de levenswandel
van hen, die zich dienaren Gods noemen, heel bijzonder worden gelet, of
hij beantwoordt aan Gods wil, aan Zijn geboden.
Maar dan is aan de openbaringen ook geloof te schenken. God werkt in de
stilte, weliswaar ook openlijk en buitengewoon, maar niet door wonderen,
de mensen dwingend te geloven, zoals Hij ook uiterlijk vertoon uitschakelt,
omdat Hij niet probeert de mensen der wereld te winnen door pracht en
praal, maar Hij hun harten wil afwenden van dat bedrieglijke licht der
wereld. Niet natuurlijk werkzaam zijn moet door mensen van de wereld ook
natuurlijk verklaard kunnen worden, daar het anders een geloofsdwang voor
hen zou betekenen, die echter nooit door God wordt uitgeoefend. En zo
zullen alleen diep gelovige mensen bijzondere openbaringen hebben, zodra
de liefde Gods hen hiervoor waardig maakt en Hij zich aan hen te kennen
wil geven.
Maar openlijke wonderen brengen de mensen ertoe om te geloven. En dit
zou geen geestelijke vooruitgang voor hen zijn, want vrees voor God kan
nooit de liefde vervangen, die de mens Hem moet schenken, om zich bij
Hem aan te kunnen sluiten. Maar de onrijpe mens zal door wonderen alleen
maar tot vrees worden aangezet, echter nooit tot liefde.
Maar de satan bedient zich van zulke middelen, waardoor hij de mensen
wil dwarsbomen in hun liefde tot God. En zijn werkzaam zijn zal daar ongehinderd
plaatsvinden, waar de zondigheid groot is en de mensen weinig op het innerlijk,
maar in plaats daarvan op de wereld zijn gericht. Ook daar verschijnt
hij alleen onder de dekmantel van vroomheid. Hij strooit de mensen zand
in de ogen, opdat ze niet bij machte zijn duidelijk te zien en hij oefent
bijgevolg zijn invloed uit, die nog begunstigd wordt door valse vertegenwoordigers
van Christus; door mensen, die zich geroepen voelen Zijn leer te verkondigen
en zelf te weinig in de waarheid vast staan om leugen en dwaling als zodanig
te onderkennen en ze af te scheiden. Want hij werkt met list en met macht.
Maar God is de liefde en Zijn openbaringen stralen alleen liefde uit en
voeden op tot liefde.
En leg daaraan de maatstaf: Waar liefde wordt onderricht en beoefend,
daar is de waarheid, want daar is God zelf. Maar waar het licht van de
wereld al te zeer straalt, daar vertoont zich de tegenstander van God.
En zijn werken is leugen en tegen God gericht, wanneer hij ook het optreden
in lichtgewaad erbij haalt. Wie een op God gerichte wil heeft, herkent
hem ondanks zijn masker. En hij is ertoe geroepen de medemensen te waarschuwen
voor de valse profeten, die steeds zullen optreden als de mensen in nood
zijn, die echter de geestelijke nood nog in de hand werken in plaats van
ze op te heffen. En God roept de mensen toe: Hoed u voor valse profeten,
want de eindtijd zal door hen benut worden om tegen God werkzaam te zijn,
tegen de eeuwige Waarheid.
Amen |