BD.3199
25 juli 1944
De innerlijke stem
Luister naar de stem van het hart, ze zal u juist wijzen. De wil van de mens is vaak besluiteloos en dit laat zien dat hij wordt beïnvloed door verschillende geestelijke krachten die hem voor zich willen winnen. En dan moet de mens beslissen. Hij mag niet besluiteloos blijven, maar moet de wil een richting geven. En dan moet hij acht slaan op de innerlijke stem die hem raad wil geven om zijn wil goed te gebruiken. Deze stem zal des te duidelijker verneembaar zijn, hoe ijveriger hij is en de juiste weg wil bewandelen. Dan waarschuwt ze hem bij verzoekingen, ze versterkt zijn weerstand. Ze maant hem aan en uit zich steeds trouw wanneer de mens in gevaar is eigen wegen te willen gaan die niet helemaal overeenstemmen met de wil van God.
Maar bijna onhoorbaar zacht is ze bij diegenen die zonder bedenkingen door het leven gaan. Die zich er weinig van aantrekken wat juist en wat verkeerd is. En vaak wordt ze geheel tot zwijgen gebracht, omdat de mens niet luistert en het fijne stemmetje overstemd wordt door de stem van de wereld. Dan is de mens in groot gevaar. Hij moet zelf een beslissing nemen en zal zich veel meer laten overreden door de influisteringen van de krachten die van God afgekeerd zijn, en zijn handelen zal dienovereenkomstig zijn.
De mens die de wil heeft goed - dus in overeenstemming met Gods wil - te leven, wordt nooit zonder geestelijke bijstand gelaten. Hij wordt geleid. Zijn denken wordt gestuurd, dat wil zeggen: de wilsvrijheid wordt hem weliswaar niet beknot, maar de gedachten komen zo tastbaar dichtbij hem, dat hij ze moet aannemen, als hij zich er niet bewust van afwendt. En als zijn wil zwak is, spannen de geestelijke krachten zich extra in om hun gedachtegoed aan hem over te brengen.
Dan is het alleen maar nodig innerlijk aandachtig te luisteren. Dat wil zeggen: de mens hoeft alleen maar een stille samenspraak met zichzelf te houden en hij zal door middel van gedachten duidelijk worden onderwezen, wat hij doen en wat hij laten moet. Maar vaak volharden de mensen niet in deze korte innerlijke beschouwing. Hun gedachten snellen weg, nu eens hierheen dan weer daarheen. En het heeft zijn uitwerking in besluiteloosheid, in een aarzelen, zowel tegenover het goede als tegenover het kwade. En daarom wordt u steeds weer aangemaand aandacht te schenken aan de stem van het hart, opdat u duidelijk en vastberaden handelt en niet van de goede weg afwijkt.
Een besluiteloze wil is een goed aanvalspunt voor de tegenstander van God. Want dan begint zijn macht over deze en elke verzoeking stelt de wil voor de beslissing: voor of tegen. Maar slaat de mens acht op de innerlijke stem, dan hoeft hij niet lang te strijden. Hij zal de verzoeking weerstaan, omdat de goede krachten hem ook bijstaan, zodra hij hun aandacht schenkt en hun aanmaning opvolgt. Dan wordt ook zijn kracht vergroot, want zijn wil geeft de lichtwezens het recht om hem kracht te doen toekomen, terwijl de willoosheid hen daarbij hindert. Want tegen zijn wil in wordt de mens niet met kracht bedacht, ofschoon de lichtwezens in overgrote liefde bezorgd zijn om de ziel van de mens. Maar ook hun werkzaam zijn is onderworpen aan de goddelijke wet, die echter de vrije wil op de eerste plaats stelt.
Maar de innerlijke stem is alleen maar verneembaar voor degene die in vrije wil naar zijn innerlijk luistert. En daarom is ze nooit als dwang te beschouwen. Integendeel, ze kan gehoord of niet gehoord worden. Er kan gehoor aan worden gegeven en ze kan onopgemerkt worden gelaten, al naar gelang van de wil van de mens. Ze maant en waarschuwt maar zachtjes, ze is een hulp voor wie zwak zijn en een leider voor wie besluiteloos zijn. Ze zal zich nooit opdringen, maar alleen wie luistert hoort ze. Maar deze zal goed geleid zijn en hij zal zijn levensweg zorgeloos kunnen afleggen. Want als hij aan de stem van het hart gehoor geeft, weet hij ook dat hij goed handelt en leeft volgens de wil van God.
Amen |