BD.0662
11 november 1938
De eeuwige Drie-eenheid
Wees je steeds bewust van de grote genade waarin je je bevindt
en blijf altijd bereidwillig de jouw opgelegde arbeid uit te voeren en
de Heer zal je zegenen. Neem zo vandaag een bekendmaking in ontvangst
die je in het kort de eeuwige Drie-eenheid duidelijk moet maken.
Dit is een probleem dat u, mensen veel last bezorgt en toch zo buitengewoon
makkelijk te begrijpen is, want alleen de Godheid is alles in één
Wezen. Ze verenigt in zich de wijsheid, de liefde en de macht van de wil.
Wanneer er van een drie-eenheid wordt gesproken, dan is dit steeds alleen
het alomvattende begrip van de liefde als Vader, de wijsheid als Zoon
en de wil als heilige Geest. Want de liefde van de Vader liet alles ontstaan
wat is - vervolgens plaatste dan de wijsheid van God al het geschapene
op zijn juiste plaats en wees het zijn bestemmingen toe en de geest van
de wil brengt het geheel tot leven en stelt het bestaan ervan veilig.
Alleen zo, dat alles in de ene eeuwig onvergankelijke Godheid is verenigd,
omdat God van eeuwigheid af het alomvattende begrip is van alle Liefde,
Wijsheid en Macht, is de meest begrijpelijke oplossing van het probleem
te vinden, maar waaruit de mensen zich vaak een verkeerde opvatting vormden
en daardoor de onjuiste verklaring van de drie godheden gaven. De levende
verhouding van het kind tot de Vader laat heel makkelijk de juiste uitleg
vinden, dat God toch alles in alles is en dat er geen enkele scheiding
mogelijk is dat bijgevolg in God zich ook alles moet verenigen.
De mensen met hun ontoereikend bevattingsvermogen trachtten de eeuwige
Godheid eveneens menselijke grenzen te stellen en schiepen zich in hun
gedachten een vorm die voor hen het eeuwig goddelijke moest personifiëren
en dit naar eigen goeddunken en denkbeelden. Elke personifiëring
van God is een onjuiste opvatting, want een Wezen in hetwelk alles zich
verenigt en dat in Zijn volheid van licht en kracht niet is voor te stellen,
kan niet in een persoon tot uitdrukking worden gebracht. Maar om voor
de mensen het voorstellingsvermogen mogelijk te maken, belichaamde deze
eeuwige Godheid zich in een mens, zodat van deze nu wel het uiterlijk
is voor te stellen, wat nu als Gods Zoon voor de mensheid begrijpelijk
werd.
In deze Zoon van God verenigden zich de liefde en wijsheid, en eveneens
de wil en de almacht en wederom werd er niets van elkaar gescheiden. Door
de dood van Jezus aan het kruis is de macht van de dood gebroken, dat wil zeggen:
het werd de mensen nu mogelijk door hun wil het kwade te overwinnen. De
wil was tegelijkertijd kracht en zo kwam de gewillige mens op aarde van
nu af ook de kracht toe uit God, zijn wil in de daad om te zetten en zo
zich te verlossen. Deze kracht van de heilige geest is wederom een uitstraling
van de alles in zich bevattende Godheid, maar nooit een persoon op zichzelf.
Met verstandelijk willen doorgronden van zo'n probleem zou alleen maar
tot steeds grotere dwaling leiden, want u, mensen hebt voor uzelf iets
gevormd dat juist al te menselijk is en de waarheid in de verste verte
niet benadert, wanneer u zich de Godheid probeert voor te stellen in drievoudige
vorm.
Amen |