BD.0657
8 november 1938
Publicatie van de geschriften
Er zullen nog tijden verstrijken voordat het grote werk voltooid is en ter inzage aan de mensheid aangeboden kan worden. Maar de belangrijkste richtlijnen moeten nu al opgevolgd worden en zo openbaart de Heer jou dat er binnenkort een bemiddelaar gevonden wordt die zich bereid verklaart voor de publicatie van de geschriften zorg te dragen. Om te beginnen geldt dit voor de hoofdstukken die tot de lering van de mensen moeten dienen, en deze zullen jou door de Heer nog bekend gemaakt worden.
Want in de eerste plaats moeten de mensen attent gemaakt worden op Zijn grootte en almacht, die in Zijn scheppingswerken tot uiting komen. Pas dan zal de mens ook het ware begrip krijgen voor de oneindige liefde van God en als hij zichzelf als een in liefde gevat scheppingswerk van God herkent, dan zal het voor hem gemakkelijk zijn God de Heer te dienen en Zijn geboden te onderhouden. Daarom kiest Hij nu een dienaar die bereid is alles te doen voor de Heer en zich ervoor inzet het werk voor een deel te verveelvoudigen. Dit gebeurt echter alleen in het geheim want op dit moment verdragen de zendingen van God het oog van de wereldse macht nog niet. Pas als het geloof zich meer en meer zal zuiveren, als de mensheid erkend heeft dat alleen maar in het diepe geloof de ware zegen van God ligt, zal het woord van God ook in brede kring ingang vinden. Herken dus daarin de wil van God als van jou geëist wordt om de geschriften prijs te geven om die voor de mensheid toegankelijk te maken.
Het werk zal echter veel voorbereiding vergen en kan daarom ook niet zo snel aangepakt worden, daarom moet eerst alleen met de boeken 8, 9 en 10 begonnen worden en hieruit ook alleen maar met die artikelen die tot onderrichting van de mensen kunnen dienen voor zover ze het heersen en werken van God aanschouwelijk maken. De Heer heeft deze wijselijk in een bepaalde volgorde aan jou bekend gemaakt, zodat ze makkelijk herkenbaar zijn, waar het getal 5 zich herhaalt. Helemaal vooraan moet als hoofdartikel het inleidend woord uit het 7e boekdeel geplaatst zijn, en zonder bezwaar kun jij deze mededeling in ontvangst nemen opdat niet jouw wil of zorg tegenover het voornemen van de afgevaardigde komt te staan, maar jij zelf naar kracht je inspant om de verbreiding van het woord van de Heer te bevorderen. En iedere arbeid die deze verbreiding geldt, zal door de Heer gezegend zijn.
Amen |