BD.0602 Aardse maatregelen - Gods bestemming - Nood en onheil Alles volgt de weg naar zijn bestemming volgens Gods wijsheid. En als de wereld gelooft eigenmachtig te kunnen handelen, dan zal ze dit weliswaar doen voor zover de vrije wil haar dit toelaat, maar op ieder afzonderlijk zal dit handelen steeds een uitwerking hebben volgens Gods wil. Zo kunnen er steeds opnieuw maatregelen getroffen worden. Ze zullen steeds alleen dan de mensen treffen, wanneer het door God is toegelaten. En daarom hoeft iemand die zich innig met de Vader verbindt, nooit te vrezen, want Zijn bescherming zal het mensenkind behoeden voor elk kwaad. Alleen de mensen die zich verzetten tegen de goddelijke Heer, worden het slachtoffer van deze aardse verordeningen, want ze moeten door druk en hardheid van menselijke zijde aangezet worden om hulp van boven te vragen. En daarom is dit ook toegelaten, hoewel het in zichzelf niet door de goddelijke Heer wordt goedgekeurd. Hoe meer de activiteit van de wereld nu op wereldse belangen gericht is, des te vlakker zal het denken van de mensen zijn en des te minder zal God Zijn wil kanten tegen dit aards gewoel dat door dwang en hardheid de mensheid in nood en ellende stort. Zolang de geest van liefde op aarde niet heerst, zal er ook geen verbetering bereikt kunnen worden en rampspoed en nood zullen de enige middelen zijn om de mensen tot rede te brengen en hen de weg te wijzen naar een geloof in één ware God van liefde. De mensen proberen op alle denkbare manieren goederen in hun bezit te krijgen, omdat ze deze goederen als het hoogste doel beschouwen om op aarde naar te streven. En des te meer brengen ze de ziel in gevaar helemaal verloren te gaan. Voor alle nood van de ziel is er maar één middel: door grote lichamelijk nood volledig hulpeloos te worden, zodat er voor de mens dan in de donkerste nacht het schijnsel van helder licht opvlamt, hij dit licht dan volgt en als hij van goede wil is, helemaal verlicht kan worden. En daarom kan de Godheid jullie niet volledig voor lichamelijke nood en onheil behoeden vooraleer jullie je bezinnen over jezelf, over jullie opdracht op aarde en over jullie verhouding tot de hemelse Vader. Gedenk deze woorden in tijden van nood en roep tot de Vader. In Zijn barmhartigheid zal Hij op elk moment de roep uit de diepte horen en jullie uit alle onheil redden, als jullie niet enkel om jullie lichamelijk welzijn, maar vooreerst om het welzijn van jullie ziel bezorgd zijn. Want alleen voor haar laat de Vader alle lijden over jullie losbarsten. Hij zal het echter ook van jullie wegnemen, wanneer de ziel tot inzicht is gekomen en het aardse leven voor de mens niet van waarde is, maar wanneer hij daarentegen vreest voor zijn zielenheil. Dan zal de Vader ingrijpen en jullie zonder beschadiging uit alle nood tevoorschijn laten komen. En jullie zullen het lijden zegenen, dat jullie redding van de eeuwige dood tot stand heeft gebracht. En de lof en dankzeggingen aan God zullen geen einde kennen. Amen |