Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.0575
6 september 1938

Stromen van liefde - Het paleis van de rijke - De hut van de arme

In de stromen van de goddelijke liefde mogen allen onderduiken die de goddelijke wil nakomen en die zich alleen maar voor hun zielenheil inspannen. De mensen die daarentegen slechts met dagelijkse zorgen bezig zijn en totaal gedachteloos leven, zullen het versterkende bad heel erg missen. Want zonder de goddelijke liefde zijn ze nooit in staat zich van de wereldlijke begeerten vrij te maken.

Toch is de liefde zo gemakkelijk te verwerven: slechts een liefdevolle gedachte aan Hem die jullie het leven heeft gegeven, slechts dankbaarheid daarvoor en de wens op aarde steeds het goede te doen volgens de bedoeling van degene die jullie geschapen heeft, dan worden jullie reeds door de liefde van God vastgepakt en geleid, en dit zolang als jullie van goede wil zijn. Maar als jullie je afwenden van de gedachten aan God en als jullie alleen een leven willen opbouwen naar eigen goeddunken, dan zal God zich ook van jullie afwenden. Want Hij heeft iedereen vurig lief die Hem aanvaardt, maar Hij dringt Zijn liefde aan geen mens op die alleen over de aarde wil gaan.

Hoe gemakkelijk zouden de mensen het leven voor zichzelf kunnen maken, wanneer ze in alle situaties, in vreugde en in leed, de weg samen met Hem zouden gaan. Hoeveel meer geluk zou de vreugde brengen en hoe gemakkelijk zou het leed te dragen zijn, wanneer jullie alles zouden willen delen met Hem, de Heer en Heiland, die jullie met Zijn liefde toch steeds nabij is.

Als de mensen hun God zien in aards bezit, dan zullen ze daar slechts een hard hart vinden. Want aardse rijkdom is niet geschikt om de mensenharten te veredelen. Maar alle zonden en ondeugden wortelen in de begeerte naar goud en goederen, naar aards bezit. Waar kunnen jullie daarin de goddelijke liefde vinden?

De Heer verblijft daar waar Hij geroepen wordt. Doch de roep tot Hem komt zelden uit het paleis van de rijke, maar des te vaker uit de hut van de arme. De ergste nood dwingt de mensen vaak hun toevlucht te nemen tot God en Hem om hulp te vragen. En een mens die niet gehecht is aan aardse goederen, kan zichzelf geheel en al aan de hemelse Vader geven. Met hoeveel erbarmen daalt de liefde van God neer op zulk een mensenkind.

Maar de mensen die in rijkdom zwelgen en de weg tot de Vader niet vinden, moeten ondanks alle rijkdom gebrek lijden. Ze maken de wereld wel alles afhandig wat deze hun biedt, maar ze verkeren in grote geestelijke armoede, want geest en ziel lijden onuitsprekelijke nood, omdat de liefde van God hun ontbreekt.

Wereldlijke glans en wereldlijke macht vervangen de genadekracht van de goddelijke liefde niet. Des te meer moeten jullie mensen erop bedacht zijn deze genadekracht te verwerven, aangezien ze toch voor jullie allen toegankelijk is. En in de stromen van de goddelijke liefde kan iedereen opwaarts gaan, zodat hij gesterkt wordt naar lichaam en ziel en opdat hij in overvloed kracht vindt voor de opdracht die hem voor het aardse bestaan gesteld is.

Amen