BD.0392 Weerleggen van twijfels over schrijven - Geloof - Teken Zie, mijn kind, het regelmatig opnemen alleen al geeft je de kracht die je nodig hebt. En zo volgen op elke opname de versterkingen die je vraagt. Want Ik geef een bereidwillig kind altijd de genade en sta het bij als het hart slechts verlangend bij Mij is. Het heeft een buitengewone kracht, ongeacht wie zich ook maar naar Mij toewendt. En deze kracht zul je gewaarworden in elke geestelijke verbondenheid, waar je hart zich losmaakt van de wereld om zich aan Mij aan te bieden. Een regelmatige werkzaamheid zoals jouw aardse, laat in ieder geval het vermoeden toe, dat je geest zich gemakkelijk kan ontwikkelen en daardoor ontvangstbekwaam wordt. Dat wil zeggen, zoals de mensen dit begrijpen dat een soort verstandelijke kennis, of zoals de mensen geloven een soort inbeelding in je geestelijke leven is binnengedrongen. Maar als deze twijfelaars of loochenaars eens eenmaal zouden willen bedenken hoe moeilijk een kennisgeving die op een dergelijke manier gevormd is, op natuurlijke wijze ontstaat en hoeveel denken en piekeren daarvoor nodig zou zijn, en hoe de inhoud niet stand zou houden wanneer deze in een ernstig onderzoek in detail geanalyseerd werd. Ze zouden moeten bedenken hoe je geschriften wel betwist of niet erkend kunnen worden uit gebrek aan inzicht of ook vanuit het gevoel alles beter te weten, maar hoe niemand ooit een volledig oordeel erover kan vellen, omdat hij eenvoudigweg niet tegen de inhoud opgewassen is. Hij kan het weliswaar afwijzen, maar dan steeds alleen maar omdat hij het niet aannemen wil. Maar hij kan niet in alle ernst weerleggen wat je hebt neergeschreven en hij kan nooit zijn afwijzing geheel en al funderen. Een kleine wenk zou genoeg zijn om al deze twijfelaars tot zwijgen te brengen, maar hoe zou dan het ontwikkelingsproces van de ziel bij hen moeten verlopen? Hoe vaak al is de mensen een bewijs gegeven van een regelmatig zich verstaanbaar maken van wezens van het hiernamaals aan de aardebewoners? Voor degene die gelooft, schittert het inzicht, want alleen op deze basis was het mogelijk zo een verbinding te handhaven. Geloof, diep geloof, is nu eenmaal de eerste voorwaarde en alleen daardoor is een vooruitgang op geestelijk gebied te bereiken. Voor deze wereld moet het voor jullie voldoende zijn, slechts met bepaalde tussenpozen deel te hebben aan de zegeningen van zo'n verbinding. Vanaf nu zal het jullie echter in steeds kortere tijdsbestekken worden aangeboden. En jullie zullen weldra gewaarworden, dat deze buitengewone mededelingen voor jullie alleen maar tot voordeel zijn. Jullie laten je een wereldbeschouwing inprenten die toch voor de eeuwigheid weinig of geheel geen waarde heeft. Jullie zien niet de tijdsgeest. Het duurt niet lang of jullie blijven aan een onopgeloste vraag hangen. Jullie zullen je afvragen waartoe zo'n strijd in deze korte tijd op aarde dient. En jullie kunnen daar zelf het antwoord op geven. Jullie bekijken jezelf in de verste verte niet als datgene wat Ik in jullie zou willen zien, als mijn kinderen. Hoe willen jullie dan deel krijgen aan wat de Vader voor jullie bereid heeft? En bijgevolg is een niet aannemen van de goddelijke woorden van de Vader of een bewust afwijzen ervan alleen maar een gebrek aan geestelijke bekwaamheid. Hoe velen hebben in wat hen omgeeft, de goddelijke Schepper onderscheiden, hoe velen is het duidelijk geworden in welke verhouding ze staan tot de hemelse Vader en hoe velen hebben desondanks nog niet het juiste vertrouwen in Mij gevonden? Zij doen Mij verdriet. Ze geloven zonder Mij te kunnen gaan en brengen zo vele jaren nutteloos door op aarde. O, wat een dwaasheid geen acht te slaan op de hand van de Schepper en toch te willen doorgronden wat achter de gehele schepping wel verborgen is! En wanneer jullie deze weg van het geloof niet betreden, hoe willen jullie dan de laatste verklaringen kunnen vatten? Deze kunnen alleen in jullie hart ontvangen worden op basis van het geloof, anders zijn alle inspanningen tevergeefs. De woorden sterven als holle klanken weg aan de oren van degenen die niet kunnen geloven. Hoe ver zijn ze nog verwijderd van het juiste weten en hoe ver verwijderd van de ware liefde? Want wanneer deze liefde voor de Heiland eenmaal hun hart omvat, begrijpen ze het plotseling. En welke vruchten het geloof dan oplevert, zullen jullie later herkennen aan degenen die Ik liefheb. Blijf Mij trouw. Wees ware apostelen van mijn leer. Geef, steeds wanneer jullie gevraagd wordt. En dan zal jullie ook voortdurend genade toestromen, zoals Ik iedereen zegen die niet alleen Mij liefheeft, maar in deze liefde ook al zijn medemensen op aarde insluit. Dat hij geeft waar hij moet geven, omdat het hart hem aanspoort, maar niet uit eigenbelang, want dit brengt geen zegen. En zo zal iedereen zelf in zijn hart gewaarworden wat zijn taak is. En hij zal ook voelen hoe hij moet gaan op aarde om dit leven welgevallig voor God te voltooien. Amen |