Banner
voorwoord biografie register Duitse teksten downloads links

BD.215
5 december 1937

Uitwerkingen van Gods woord

We zijn actief betrokken bij alles waarmee je begint. En als het ter ere van God is, vloeit daar voor jou zegen en genade uit voort. Door jouw arbeid op geestelijk gebied krijgen ook wij steeds weer nieuwe opgaven te vervullen. Het gaat er toch om al degenen die jij probeert te winnen, bij te staan en hen behulpzaam terzijde te staan, waar ze zoeken en piekeren en hun gedachten naar het hiernamaals wenden. We nemen elke opwelling in hun hart waar. We proberen hun gedachten in de richting van de hemelse Vader te leiden. IJverige arbeid begint overal waar zich slechts de geringste gedachte naar boven wendt. Om die reden is ook zo hevig verlangd naar jouw medewerking door alle geestelijke vrienden, aan wie wederom de zielen van deze kinderen van de aarde toevertrouwd zijn.

En als je het gebod van de liefde naleeft, dan geef je aan deze zielen van wat de Vader aan jou gaf. De Heer draagt jou, Zijn dochter, op ter ere van Hem te werken. Zodoende gaf Hij jou een taak, aan de uitoefening waarvan jij je alles gelegen moet laten liggen. Vaak is het juist zo moeizaam om op kleine schaal te werken en het vraagt veel geduld. Want waar het mensenkind nog nooit door dergelijke gedachten bewogen is, moet de bodem eerst langzaam gereedgemaakt worden, vooraleer het kind kan en wil ontvangen.

Waar de Heiland zich onder jullie ophoudt, wanneer jullie innig Zijn aanwezigheid afsmeken, daar zal het werken dubbel zegenrijk zijn en jullie zullen aan de bekoring die jullie omgeeft, voelen dat jullie in Zijn liefde staan. Iedereen wordt - eerst onbewust - met een vleug van vroomheid bedekt. Dan voelen jullie het echter steeds sterker en ook al willen jullie je verzetten tegen de vleug van liefde die van Gods woorden uitgaat, jullie ontgaan haar niet. En wanneer jullie al deze stromingen die jullie toevloeien, in jullie laten werken, als jullie je innig bezighouden met de gedachten aan de Heer en Heiland, dan zullen jullie spoedig voelen hoe jullie geloof, jullie liefde tot de Heiland en jullie verlangen naar de Vader zal groeien en hoe jullie daaruit genade na genade putten. Het is zo zegenrijk, bewust te werken in liefde voor de medemensen. Diegenen aan wie de Vader gaf en die deze gave afwijzen, zijn allen verlaten.

Ieder moet ernaar streven Gods geboden te vervullen en een leven in liefde te leiden die God welgevallig is. Dat verlangt de Heer van iedereen. Maar wie gaat er op deze manier over de aarde? Het zijn er zeer weinigen. Op geen enkele manier wil de Heer door dwang bepalend op hen inwerken, anders zou het voor Hem gemakkelijk zijn om de mensen daartoe te brengen. Indien jullie echter uit liefde voor Hem aandachtig naar Zijn wil luisteren, dan zullen jullie door jullie wil gezegend blijven en van nu af aan in de vereniging met God jullie doel zien.

Gods woord betekent voor jullie een zeker vinden van de weg naar boven. Gods woord is voor jullie spijs en drank tegelijk. De nooit falende bron van genade die Christus voor jullie allen klaar houdt opdat jullie daar voortdurend uit putten, is jullie kracht en sterkte. Wanneer de boodschappers van God jullie onderwijzen, dan nemen jullie deel aan de arbeid in het eeuwige heelal, aan de terugwinning van de zielen voor het rijk Gods. De liefde Gods ontworstelt de zielen aan de duisternis en elk werk dat dit doel nastreeft, zal door de Heer gezegend zijn, ofwel op aarde ofwel in het hiernamaals. Verlang er dus naar onophoudelijk het woord Gods te horen, jullie allen die de Heer willen dienen. Laat jullie verkwikken, laat jullie sterken, laat jullie stichten en troosten, en kom allen tot de Vader, van wie het eeuwige woord uitgaat. Op aarde belooft Hij jullie het eeuwige leven wanneer jullie in Zijn woord blijven, opdat jullie de dood in eeuwigheid niet zullen aanschouwen.

En jullie allen kunnen het bereiken, wanneer jullie het slechts willen. Jullie allen mogen alleen in de Heer volharden, dan zal de belofte van Christus vervuld worden. Want van Hem is het rijk, de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid.

Amen